3B Unit 2 - present continuous

3B Unit 2  grammar
Present continuous
1 / 14
next
Slide 1: Slide
EngelsVoortgezet speciaal onderwijs

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

3B Unit 2  grammar
Present continuous

Slide 1 - Slide

0

Slide 2 - Video

Present continuous
How?
am/ are/ is+ ww-ing

Slide 3 - Slide

To be 
I am
you are
he/she/it is
we are 
you are 
they are

Slide 4 - Slide

Verb + ing
Let op: 
- Bij werkwoorden die eindigen op -e vervalt de -e:
make - making
use - using
have - having
- Als er een korte klinker voor de laatste letter staat verdubbelt deze:
stop - stopping
let - letting

Slide 5 - Slide

When?
Je gebruikt de present continuous:
- als iets op dit moment bezig is
- iemand iets aan het doen is

Slide 6 - Slide

examples
I am doing homework. 
My dad is making dinner.
We are listening to music. 
Daisy is studying for a test.
They are playing football. 
What are you doing?

Slide 7 - Slide

Questions
Zet de vorm van to be vooraan in de zin:
Are you watching TV?
Is John sleeping?
Are they playing video games? 


Slide 8 - Slide

ontkenning
Zet not achter de vorm van to be. Je mag ook de afkorting gebruiken:
Patty is not drinking coffee.
I'm not working on a project at the moment.
He is not reading a book right now.
They aren't having lunch.

Slide 9 - Slide

  • Let op de volgende woorden




  • now
  • right now
  • at the moment

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Wat is de vorm van de present continuous?
A
to be + have + werkwoord
B
to be + hele werkwoord + ing
C
have + werkwoord + ing
D
hele werkwoord + ing

Slide 12 - Quiz

Maak nu zelf een zin met de present continuous

Slide 13 - Open question

Wat vind je nog moeilijk aan de present continuous?

Slide 14 - Open question