Herhalingsles magnetisme_elektromagnetisme

1 / 34
next
Slide 1: Slide
ElektriciteitSecundair onderwijs

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Basisbegrippen:
Waarvoor staan m1 en m2
A
De poolpunten
B
De krachtpunten m1 en m2
C
De magnetische spanning

Slide 3 - Quiz

Hoe noemen we de as (A) die de poolpunten verbindt?

Slide 4 - Open question

Waarvoor staat B op de afbeelding:
A
De poolas
B
De neutrale lijn
C
De krachtlijn
D
De Z-as

Slide 5 - Quiz

In de natuur komen stoffen voor die van nature magnetische eigenschappen bezitten?
A
Juist
B
Fout

Slide 6 - Quiz

Wat hebben we nodig om een niet magnetische stalen staaf te magnetiseren?

Slide 7 - Open question

Zacht magnetische materialen zijn:
A
Stoffen die hun magnetische eigenschappen goed behouden na magnetiseren
B
Stoffen die magnetische veldlijnen moeilijk geleiden.
C
Stoffen die hun magnetisch eigenschappen na magnetiseren slecht/niet behouden. Ze geleiden de magnetische veldlijnen goed

Slide 8 - Quiz

Hoe kan je een gemagnetiseerd stuk staal demagnetiseren?

Slide 9 - Open question

De wet van coulomb stelt dat er krachtwerking ontstaat tussen magneetpolen. (duid de juiste antwoorden aan)
A
Ongelijknamige polen trekken elkaar aan
B
Ongelijknamige polen stoten elkaar af
C
Gelijknamige polen trekken elkaar aan
D
Gelijknamige polen stoten elkaar af

Slide 10 - Quiz

Wet van 
Coulomb

Slide 11 - Drag question

Een noordpool van 22µWb en een zuidpool van 189µW bevinden zich op een afstand van 4cm in lucht. Bereken de krachtwerking tussen beide magneetpolen. (µr = 1,0000004)

Slide 12 - Open question

De magnetische veldlijnen lopen buiten de magneet van
A
Noord naar zuid
B
Zuid naar noord

Slide 13 - Quiz

Hoe kan je de polariteit van een permanente magneet bepalen?

Slide 14 - Open question

Bereken de velsterkte die een magnetische noordpool van 385µWb veroorzaakt in een punt op 8cm afstand in lucht. (µr = 1,0000004)

Slide 15 - Open question

In een magnetisch veld met sterkte 0,156Wb/m² bevindt zich een draadraam van 25cm bij 25cm De magnetische veldlijnen staan loodrecht op het draadraam, bereken de magnetische flux door het draadraam.

Slide 16 - Open question

Slide 17 - Slide

Elektromagnetisme staat voor het
A
ontstaan van een magnetisch veld rond een stroomvoerende geleider
B
ontstaan van een kracht op een stroomvoerende geleider
C
magnetiseren van een werkstuk d.m.v. elektromagnetische inductie

Slide 18 - Quiz

Rond een rechte stroomvoerende geleider ontstaat een magnetisch veld. Welke vorm heeft dit magnetisch veld?

Slide 19 - Open question

Hoe kan je de polariteit van een elektromagnetisch veld wijzigen?
A
Een hogere stroom laten vloeien door de geleider
B
Door de stroomzin te wijzigen
C
Door de geleider in een andere richting in het magnetisch veld te bewegen

Slide 20 - Quiz

Hoe kan je de zin van het magnetisch veld bepalen rond een rechte stoomvoerende geleider
A
De linkerhandregel
B
De rechterhandgreep
C
De rechterhandregel

Slide 21 - Quiz

Juist
Fout

Slide 22 - Drag question

Door een rechte stroomvoerende geleider vloeit een elektrische stroom van 18A. In een punt op loodrechte afstand van de geleider bereikt de veldsterkte 52,087A/m. Bereken de loodrechte afstand van de geleider tot het punt?

Slide 23 - Open question

Waar in een winding vind je de sterkste magnetische veldsterkte terug?
A
In het middelpunt
B
Op de uiteinden
C
Op 1/10 van de straal cirkel

Slide 24 - Quiz

Hoe kan je de zin van het magnetisch veld bepalen rond een winding
A
De linkerhandregel
B
De rechterhandgreep
C
De rechterhandregel

Slide 25 - Quiz

Juist
Fout

Slide 26 - Drag question

De veldsterkte in het midden van een winding met diameter 8cm bedraagt 210A/m.
Bereken de stroomsterkte door de winding.

Slide 27 - Open question

Wanneer we een ijzeren kern µr=1500 in een solenoïde schuiven zal magnetische veldsterkte stijgen?
A
Juist
B
Fout

Slide 28 - Quiz

Wanneer we een ijzeren kern µr=1500 in een solenoïde schuiven zal inductie toenemen?
A
Juist
B
Fout

Slide 29 - Quiz

De magnetische veldsterkte in het midden van een solenoïde is:
A
half zo sterk als op het uiteinde
B
hetzelfde als op het uiteinde
C
dubbel zo sterk als op het uiteinde

Slide 30 - Quiz

De veldsterkte in het midden van een spoel met 200 windingen en een lengte van 32cm bedraagt 7500A/m. 1. Bereken de stroom die door de spoel vloeit
2. Bereken de inductie B van de elektromagneet indien deze een zachtstalen kern heeft (µr=1500).

Slide 31 - Open question

Door het inbrengen van een zachtstalen kern in een spoel zal de lekflux praktisch herleid worden naar
A
nul
B
oneindig veel

Slide 32 - Quiz

Wanneer we een hogere stroom door een elektromagneet laten vloeien dan zal het magnetisch veld
A
Dalen
B
Hetzelfde blijven
C
Stijgen

Slide 33 - Quiz

Heel veel succes met jullie examens ! 

Slide 34 - Slide