§3.4 - Atoommassa en molecuulmassa

§3.4 - Atoommassa en molecuulmassa
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

§3.4 - Atoommassa en molecuulmassa

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van de les kan je werken met de volgende begrippen:
Atoommassa, molecuulmassa en molaire massa
Mol, en het getal van Avogadro

Slide 2 - Tekstslide

Atoommassa
De massa van een waterstofatoom is 1,66*10-27 kg

Niet zo handig...
Daarom is de atomaire massa-eenheid bedacht, dat is de u. 
1 u = 1,66*10-27 kg.

Slide 3 - Tekstslide

Atoommassa 
Atoommassa's  van ieder atoom kun je aflezen in 
het Periodiek systeem.
Zo is de massa van 
element P = 30,97 u. 

Slide 4 - Tekstslide

Atoommassa 
Zoek de volgende atoommassa's:
- Kalium
- Arseen
- Stikstof

Slide 5 - Tekstslide

Molaire massa M
Hier tel je de atoommassa's bij elkaar op van alle atomen in één molecuul .
Eenheid u (van de atoommassa) wordt nu vervangen door g/mol
Voorbeelden NaCl en Al2O3
De molaire massa van NaCl = 1 x 22,99 + 1 x 35,45 = 58,44 g/mol
De molaire massa van Al2O3 = 26,98 x 2 + 3 x 16,00 = 101,96 g/mol


Slide 6 - Tekstslide

Molaire massa 
Bereken de molaire massa van:
- NH3
- C12H22O11
- C2H6O


Slide 7 - Tekstslide

Mol
  • De mol is een vaste hoeveelheid.
  • 1 mol = 6,02*1023 (deeltjes)
  • 1 mol water =  6,02*1023 watermoleculen
  • 1 mol goud = 6,02*1023 goudatomen

Dus 1 mol water bestaat uit evenveel deeltjes als 1 mol goud!



Slide 8 - Tekstslide

Molaire massa (formule)

M =  Molaire massa  (  gram/mol )
m = massa                    ( gram )
n = aantal mol             ( mol ) 
M=nm

Slide 9 - Tekstslide

Rekenschema

Slide 10 - Tekstslide

Reken Voorbeeld
Bereken de massa van 5,640 mol water.  
(M H2O) = 18,015 g/mol

Antwoord:
M = 18,015 g/mol,   n = 5,640 mol,  m = ?

m =  101, 6  gram

M=nm
m=Mn
m=18,0155,640

Slide 11 - Tekstslide

Aan de slag!
3.4 opdr 1 t/m 9

Slide 12 - Tekstslide