ET7 - Plessner

ET7 - Plessner
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
FilosofieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

ET7 - Plessner

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Vandaag
  • terugblik MSJ: Her
  • Plessner: wat weten we nog?
  • uitleg Plessners drie wetten
  • Aan de slag: lezen en vragen

Slide 2 - Tekstslide

Lees p.27/28/29 en schrijf in eigen woorden op wat ze betekenen.
Aan de slag
ET7
Ik kan uitleggen en evalueren dat volgens Plessner mensen in een verhouding tot zichzelf staan.
Daarbij kan ik betrekken:
  • een uitleg van Plessners’ poging om de biologische benadering van de mens te verenigen met de fenomenologische bestaanservaring en van zijn opvatting dat mensen onbepaalde wezens zijn;
  • het begrip ‘excentrische positionaliteit’ en de drie antropologische wetten: 
  1. natuurlijke kunstmatigheid,  
  2. bemiddelde onmiddellijkheid
  3. utopische standplaats
  • PT: een uitleg dat de problematiek van lachen en wenen de dubbelzinnige verhouding van de mens tot het eigen lichaam verduidelijkt en de oorsprong van lachen en wenen de bestaanservaring typeert.

Slide 3 - Tekstslide

Lees p.27/28/29 en schrijf in eigen woorden op wat ze betekenen.
Kwestie 1:
Hoe ervaren wij ons bestaan als mens?

Sheets-Johnstone (MSJ) 
Wij zijn een denkend bewegend lichaam


 


De Beauvoir/Fanon
Wij staan in verhouding tot de ander
Plessner 
Wij staan in verhouding tot onszelf

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plessner
Wij staan in verhouding tot onszelf


 


Wat weet je nog over Plessner?

Slide 5 - Tekstslide

vanaf 6.53
Aan de slag
Wat onderscheidt mensen van dieren?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Aan de slag
  • Lees inleiding hfst2 + 2.1 
  • Vul het werkblad bij 2.1 in 

Slide 7 - Tekstslide

Lees p.27/28/29 en schrijf in eigen woorden op wat ze betekenen.
Aan de slag
Dieren:
  • bewustzijn van omgeving
  • middelpunt van eigen ervaringen: centrisch
  • bepaald
Mensen:
  • Bewustzijn van omgeving én zelfbewustzijn  
  • Middelpunt van ervaring, maar ook naar jezelf kijken van een afstand: excentrisch
  • onbepaald
centrisch
excentrisch

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Begrip
Excentrische positionaliteit:


Toestand van de mens waarbij het ‘ik’ als centrum van handelen en ervaren buiten (ex) het eigen lichaam staat, maar daar tegelijkertijd ook nauw mee verbonden is.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plessner
Wij staan in verhouding tot onszelf


 


Drie wetten zijn uitdrukkingen, gevolgen van excentrische positionaliteit, de dubbele bestaanservaring van de mens.

1e wet: natuurlijke kunstmatigheid
  • verhouding tussen mens en zichzelf

Slide 10 - Tekstslide

vanaf 6.53
Plessner
Wij staan in verhouding tot onszelf


 


1e wet: natuurlijke kunstmatigheid
  • verhouding tussen mens en zichzelf
  • mensen bestaan, maar moeten dat ook vormgeven
natuurlijk
kunstmatig

Slide 11 - Tekstslide

vanaf 6.53
Plessner
Wij staan in verhouding tot onszelf


 


1e wet: natuurlijke kunstmatigheid
  • verhouding tussen mens en zichzelf
  • mensen bestaan, maar moeten dat ook vormgeven



  • menselijk leven is een ontwerpproject
natuurlijk
kunstmatig

Slide 12 - Tekstslide

vanaf 6.53
Plessner
Wij staan in verhouding tot onszelf


 


2e wet: bemiddelde onmiddellijkheid
  • verhouding tussen mens en wereld via lichaam
  • de mens is een lichaam en heeft een lichaam
  • de mens is een ervarend subject & is zich daarvan bewust
onmiddellijkheid
bemiddeld

Slide 13 - Tekstslide

vanaf 6.53
Plessner
Wij staan in verhouding tot onszelf


 


2e wet: bemiddelde onmiddellijkheid
  • verhouding tussen mens en wereld via lichaam
  • de mens is een ervarend subject & is zich daarvan bewust
onmiddellijkheid
bemiddeld

Slide 14 - Tekstslide

vanaf 6.53
Plessner
Wij staan in verhouding tot onszelf


 


2e wet: bemiddelde onmiddellijkheid
  • verhouding tussen mens en wereld
  • de mens is een ervarend subject & is zich daarvan bewust
onmiddellijkheid
bemiddeld
gelijktijdig!

Slide 15 - Tekstslide

vanaf 6.53
Plessner
Wij staan in verhouding tot onszelf


 


2e wet: bemiddelde onmiddellijkheid
  • bewustzijn van 'eigenheid' van ervaringen (en van die van jou!)

Slide 16 - Tekstslide

vanaf 6.53
Plessner
Wij staan in verhouding tot onszelf


 


2e wet: bemiddelde onmiddellijkheid
  • bewustzijn van 'eigenheid' van ervaringen (en van die van jou!)....hoe kunnen we deze kloof overbruggen?

Slide 17 - Tekstslide

vanaf 6.53
Plessner
Wij staan in verhouding tot onszelf


 


2e wet: bemiddelde onmiddellijkheid
  • bewustzijn van 'eigenheid' van ervaringen (en van die van jou!)....hoe kunnen we deze kloof overbruggen?
expressiviteit

Slide 18 - Tekstslide

vanaf 6.53
Plessner
Wij staan in verhouding tot onszelf


 


Gezamenlijke medewereld: "Mittwelt"

Slide 19 - Tekstslide

vanaf 6.53
Plessner
Wij staan in verhouding tot onszelf


 


3e wet: utopische standplaats
  • Vaste plek van de mens is er een zonder vaste basis
  • we willen vaste grond, maar ook onszelf ontstijgen
  • de mens staat in feite ‘nergens’ vast

standplaats
utopisch

Slide 20 - Tekstslide

vanaf 6.53
Plessner
Wij staan in verhouding tot onszelf


 


3e wet: utopische standplaats
  • excentrische positionaliteit > ontworteling, plaatsloosheid, constant op zoek zijn naar 'jezelf'
  • allemaal in hetzelfde schuitje...gemeenschap
  • Religie als houvast?

Slide 21 - Tekstslide

vanaf 6.53
Aan de slag
Lees 2.2
1) Geef voor twee van onderstaande zaken aan waarom ze gehoorzamen aan de 1e wet: natuurlijke kunstmatigheid

Plannen maken
Afstand van natuurlijke behoeften
Schuld en schaamte, trots
Aan de slag

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1) Geef voor twee van onderstaande zaken aan waarom ze gehoorzamen aan de 1e wet: natuurlijke kunstmatigheid

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Lees 2.3. 
2) De briljante natuurkundige Stephen Hawking had ALS en sprak en schreef boeken aan de hand van een spraakcomputer. 
Leg uit wat dat betekende voor zijn bemiddelde onmiddellijkheid. 
Aan de slag

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Lees 2.4 
3) Leg uit wat de utopische standplaats voor jou persoonlijk inhoudt.  Hoe ga jij om met de behoefte aan een vaste plaats en tegelijkertijd de behoefte om boven jezelf uit te stijgen? Of herken je dat allemaal niet?
Aan de slag

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
ET7
Ik kan uitleggen en evalueren dat volgens Plessner mensen in een verhouding tot zichzelf staan.
Daarbij kan ik betrekken:
  • een uitleg van Plessners’ poging om de biologische benadering van de mens te verenigen met de fenomenologische bestaanservaring en van zijn opvatting dat mensen onbepaalde wezens zijn;
  • het begrip ‘excentrische positionaliteit’ en de drie antropologische wetten: 
  1. natuurlijke kunstmatigheid,  
  2. bemiddelde onmiddellijkheid
  3. utopische standplaats
  • PT: een uitleg dat de problematiek van lachen en wenen de dubbelzinnige verhouding van de mens tot het eigen lichaam verduidelijkt en de oorsprong van lachen en wenen de bestaanservaring typeert.

Slide 26 - Tekstslide

Lees p.27/28/29 en schrijf in eigen woorden op wat ze betekenen.
Plessner
Wij staan in verhouding tot onszelf


 


Lachen en wenen


  • we zijn een lichaam en we hebben een lichaam
  • soms neemt ons lichaam het over, als we het even niet meer weten: dan lachen of wenen we.
  • uiting van spanning

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plessner
Wij staan in verhouding tot onszelf


 


Lachen en wenen
  • chimpansees lachen niet écht, want geen gevolg van onbeantwoordbare situatie.
  • anders dan niezen/hoesten etc., want reactie op een situatie ipv puur fysieke gebeurtenis
  • dubbelzinnige relatie tot onszelf: buitenlichamelijk en gebonden aan lichaam

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
ET7
Ik kan uitleggen en evalueren dat volgens Plessner mensen in een verhouding tot zichzelf staan.
Daarbij kan ik betrekken:
  • een uitleg van Plessners’ poging om de biologische benadering van de mens te verenigen met de fenomenologische bestaanservaring en van zijn opvatting dat mensen onbepaalde wezens zijn;
  • het begrip ‘excentrische positionaliteit’ en de drie antropologische wetten: 
  1. natuurlijke kunstmatigheid,  
  2. bemiddelde onmiddellijkheid
  3. utopische standplaats
  • PT: een uitleg dat de problematiek van lachen en wenen de dubbelzinnige verhouding van de mens tot het eigen lichaam verduidelijkt en de oorsprong van lachen en wenen de bestaanservaring typeert.

Slide 29 - Tekstslide

Lees p.27/28/29 en schrijf in eigen woorden op wat ze betekenen.