In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat is het doel van de schoenendoos-actie?
Slide 2 - Open vraag
Slide 3 - Video
00:35
Waar is de munt? Vanuit jullie gezien
A
In zijn linkerhand
B
In zijn rechterhand
Slide 4 - Quizvraag
Slide 5 - Video
03:50
Wat vond je van de reacties in het filmpje?
Slide 6 - Open vraag
03:57
Sta je er wel eens bij stil dat niet alles eerlijk verdeeld is in de wereld?
A
Ja
B
Soms
C
Nee
Slide 7 - Quizvraag
04:00
Vraag 3.
Kun je eigenlijk dingen delen met kinderen die in een ander land wonen? Kun je voorbeelden noemen?
Slide 8 - Tekstslide
04:06
Vraag 4.
Hoe komt het dat die verschillen tussen arm en rijk er zijn?
Slide 9 - Tekstslide
Schoenendoos-actie
Gelukkig kunnen we iets doen om kinderen in nood en armoede een stapje verder te helpen. Dat is precies waarom we meedoen aan de Schoenendoosactie. We delen spulletjes met kinderen ver weg, in een prachtig versierde schoenendoos.
Slide 10 - Tekstslide
Het verhaal van Daniël
Daniël (4) woont met zijn gezin in Moldavië. Er is weinig geld, want zijn vader is drie jaar geleden overleden. Daniël en zijn moeder Ana zijn ontzettend blij met de schoenendoos. En wat een gave speelgoedauto!
Het verhaal van Silvia
Silvia (7) uit Afrika is zo blij met haar schrift, pen en potlood uit de schoenendoos. Nu kan ze weer naar school. Ze wil heel graag dokter worden.
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
Vragen
- Hoe vind je het om iets moois van jezelf weg te geven?
- Wat voor tweedehands spullen zijn geschikt om weg te geven?
- Wat zouden deze kinderen het liefste ontvangen?
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
QUIZ
Slide 15 - Tekstslide
1. Hoeveel dozen gingen er vorig jaar vanuit NL en België naar andere landen?
A
Ongeveer 4.500 dozen
B
Ongeveer 45.000 dozen
C
Ongeveer 450.00 dozen
Slide 16 - Quizvraag
2. Wat moet er in ieder geval in de schoenendoos?
A
Potloden en schriften.
B
Een bellenblaas.
C
Sokken.
Slide 17 - Quizvraag
3. Wat mag er niet in de schoenendoos?
A
Een stuk zeep.
B
Een speelgoedpistool.
C
Een gum.
Slide 18 - Quizvraag
4. Waarom zijn schoolspulletjes zo belangrijk?
A
Daarmee kunnen kinderen thuis oefenen.
B
Kinderen en scholen in andere landen hebben vaak geen schoolspullen. Hiermee kunnen ze naar school.
C
Dan hebben ze een voorraadje voor als het op is.
Slide 19 - Quizvraag
Hoeveel verwerkingscentra (waar de dozen gecheckt & ingepakt worden) zijn er?
A
2
B
4
C
8
Slide 20 - Quizvraag
Naar welk land gaan de schoenendozen NIET?
A
Zweden
B
Roemenië
C
Sierra Leone
Slide 21 - Quizvraag
Naar welk land gaan de schoenendozen NIET?
A
Zweden
B
Roemenië
C
Sierra Leone
Slide 22 - Quizvraag
Op welk continent liggen de landen Togo, Sierra Leone en Malawi, waar we dozen naartoe brengen?
A
Azië
B
Europa
C
Afrika
Slide 23 - Quizvraag
Hoe heet het Griekse vluchtelingenkamp waar we ook dozen uitdelen?
A
Morla
B
Ramona
C
Milano
Slide 24 - Quizvraag
Hoe heet het Griekse vluchtelingenkamp waar we ook dozen uitdelen?
A
Morla
B
Ramona
C
Milano
Slide 25 - Quizvraag
Wat kun je van jezelf in de schoenendoos stoppen?
A
Een foto of verhaaltje van jezelf.
B
Speelgoed.
C
Knikkers.
D
Alle drie.
Slide 26 - Quizvraag
Wie ben ik?
Slide 27 - Tekstslide
Schoenendoos vullen
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Tekstslide
Aan de slag: Afspreken wie wat in de doos kan doen.