voeding en vertering B 4 conserveren

Bs 4 Conserveren
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Bs 4 Conserveren

Slide 1 - Tekstslide

leerdoelen
Je moet in een context factoren kunnen noemen die van invloed zijn op de kwaliteit van het voedsel. 

Slide 2 - Tekstslide

Welke manieren van
conserveren ken je?

Slide 3 - Woordweb

Conserveren is het langer houdbaar maken van verse producten
Dit doe je door de levensvoorwaarden van micro-organismen zo slecht mogelijk te maken

Slide 4 - Tekstslide

Conserveren
  • Temperatuur verlagen (koelkast en vriezer)
  • Temperatuur verhogen
  1. Pasteuriseren (72 graden)
  2. steriliseren (120 graden)
  • Vacuüm verpakken
  • Gasverpakken
  • Additieven (zout,suiker of zuur)

Slide 5 - Tekstslide

 Lang verhitten op 100 graden C
Kort verhitten op 72 graden Celcius
Gebruik maken van zout,  azijn of suiker.
Lucht dicht, zonder zuurtof, verpakken
Bewaren onder -12 graden C
Zo veel mogelijk water er uit halen
Steriliseren 
Invriezen
Drogen
Vacuüm verpakken
Conserveren
Pasteuriseren

Slide 6 - Sleepvraag

Welke manier van conserveren zie je hier?
A
Drogen
B
Steriliseren
C
Pasteuriseren
D
luchtdicht verpakken

Slide 7 - Quizvraag

Welke manier van conserveren zie je hier?
A
Drogen
B
Steriliseren
C
Pasteuriseren
D
luchtdicht verpakken

Slide 8 - Quizvraag

Welke manier van conserveren zie je hier?
A
Koelen
B
Steriliseren
C
Pasteuriseren
D
Luchtdicht verpakken

Slide 9 - Quizvraag

Welke manier van conserveren zie je hier?
A
Drogen
B
Steriliseren
C
Pasteuriseren
D
luchtdicht verpakken

Slide 10 - Quizvraag

welke manier van conserveren zie je hier?
A
Geen
B
Luchtdicht verpakken
C
Gasverpakken
D
Met conserveermiddelen

Slide 11 - Quizvraag

additieven
toegevoegde stoffen om voedingsmiddelen langer houdbaar óf aantrekkelijker te maken

- natuurlijke additieven 
- kunstmatig additieven

Slide 12 - Tekstslide

ADI waarde
ADI-waarde: aanvaardbare dagelijkse inname

  • Uitgedrukt in mg/kg lichaamsgewicht.

Slide 13 - Tekstslide

E951 Aspartaam
Kunstmatige zoetstof die ongeveer 200 maal zoeter is dan suiker

ADI = 40 mg/kg lichaamsgewicht per dag

Slide 14 - Tekstslide

additieven  = E-nummers
Binas tabel 82B        E300 (82 A Vitamine C)
Stoffen in voedsel met een bepaalde functie.
conserveermiddel, kleurstof, geurstof, stabilisator, emulgator
ADI-waarde = aanvaardbare dagelijkse inname

Je kent het begrip ADI (BINAS tabel 95A) en je kunt dit toepassen.
Je kent het begrip Additief (BINAS 95B) (ook de soorten additieven) en je kunt dit toepassen.

Slide 15 - Tekstslide

Additieven hebben bijna altijd een E-nummer. Is een E-nummer ongezond?
A
Ja, je moet deze nooit eten
B
Nee, ze zijn altijd ongevaarlijk
C
Nee, mits je beneden de ADI-waarde blijft
D
Ja, veel E-nummers zijn ongezond

Slide 16 - Quizvraag

Niet door elkaar halen!
ADI = Aanvaardbare Dagelijkse Inname
Voor stoffen die je niet nodig hebt (additieven) of zelfs schadelijk zijn voor je (contaminanten).

ADH = Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid
Voor stoffen die je juist wél moet binnen krijgen: voedingsstoffen.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Voedselbederf
Door micro-organismen (bacteriën en schimmels).

Voedselvergiftiging: ziek worden door giftige stoffen gemaakt door micro-organismen. Buikpijn, braken, diarree.

Voedselinfectie: ziekmakende hoeveelheid micro-organismen binnenkrijgen. Darm raakt geprikkeld, aangetast of ontstoken.

Slide 19 - Tekstslide

Maken: opdracht 13

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Link

Additieven
Kleurstoffen
Geurstoffen
Smaakstoffen

Slide 22 - Tekstslide

Aditieven
Bij veel producten worden additieven toegevoegd
Zouden geur en smaakstoffen kunnen zijn.

Van sommige additieven is de ADI (aanvaardbare dagelijkse inname) afgesproken.

E nummers zijn stoffen door Europese unie goedgekeurd

Slide 23 - Tekstslide