Onderwerp

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

1D Nederlands

20 september 2024

Planning

- Herhaling persoonsvorm

- Lesdoel bespreken

- Uitleg nieuwe theorie

- Aan de slag

 - Afsluiting

Lesdoel

Je leert het onderwerp van een zin vinden.

Persoonsvorm

Het is vandaag erg koud buiten.

Morgen gaat de zon weer schijnen.

1. Tijdproef

2. Vraagproef

Onderwerp

Mijn buurmeisje loopt naar het restaurant.

Wat is in deze zin de persoonsvorm?

Onderwerp

Mijn buurmeisje loopt naar het restaurant.

Vaak is het onderwerp van de zin de persoon die iets doet. Het kan ook een dier of ding zijn. Een onderwerp kan uit meerdere woorden bestaan.

Het onderwerp en de persoonsvorm horen bij elkaar. Ze moeten allebei enkelvoud zijn of allebei meervoud.

Het onderwerp vinden

Mijn buurmeisje loopt naar het restaurant.

1. Zoek de persoonsvorm (pv)

= loopt

2. Stel de vraag: wie (wat) + persoonsvorm?

Het antwoord op die vraag is het onderwerp

Wie loopt? = Mijn buurmeisje

Oefenzinnen

De postbode loopt door de regen.

De bloemen staan mooi in bloei.

Persoonsvorm?

Onderwerp?

Aan de slag

Wat	Opdracht 1 t/m 5 - bladzijde 206 + 207
Hoe	Alleen of met degene naast je. Rustig overleggen.
Hulp	Je mag mij om hulp vragen.
Tijd	Tot het einde van de les. Daarna wordt het huiswerk.
Klaar?	Aan mij laten zien. Daarna aan een ander vak werken.

Afsluiting

Ik kan het onderwerp van een zin vinden.