Oefentoets

Vandaag
- Bespreken oefentoets

- Begrippenlijst maken

- Woensdag laatste les voor de toetsweek
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Vandaag
- Bespreken oefentoets

- Begrippenlijst maken

- Woensdag laatste les voor de toetsweek

Slide 1 - Tekstslide

Oefentoets
1. In welke wet staan de eisen waaraan een product moet voldoen?
    Warenwet

2. Leg uit wat een chemische reactie is.
     Een chemische reactie is een reactie waarbij de beginstoffen verdwijnen          en een nieuwe stof ontstaat

bij vraag 2 moet je dus iets over het verdwijnen van stoffen en het ontstaan van een nieuwe stof zeggen

Slide 2 - Tekstslide

Oefentoets
3 Schrijf 2 niet-ontleedbare stoffen op en 2 ontleedbare stoffen
Niet-ontleedbaar: zuurstof
Niet-ontleedbaar: stikstof
Ontleedbaar: water 
Ontleedbaar: Keukenzout

Andere stoffen kunnen ook!

Slide 3 - Tekstslide

Oefentoets

4 Hoe heet de soort ontledingsreactie die hierboven is beschreven?
    elektrolyse
5 Schrijf vijf stappen op in de voorbereiding van het productieproces van drop.
Vijf van de onderstaande stappen 
1 Wat wil je maken?
2 Hoeveel wil je maken?
3 Welke stoffen heb je nodig?
4 Welke handelingen moet je uitvoeren?
5 Welke reactie treedt op?
6 Welke afvalstoffen ontstaan er?
7 Zijn er gevaren bij het productieproces?

Slide 4 - Tekstslide

Blokschema maken
Op de toets zie je verschillende handelingen (koken, mengen, etc.) staan en de stoffen. Bijvoorbeeld: We koken zoethout en water en gaan dit filtreren. Na het filtreren voegen we suiker en salmiak toe. Water en bloem worden apart gemengd en daarna toegevoegd. De laatste stap is het laten uitharden en dan is het drop klaar.
                                                                             suiker + salmiak
           
water -->    koken     -->  filtreren  -->  mengen    ---->   uitharden   ---> drop
zoethout                                                            ^          
                                                                               |                                       
water      mengen  ----------------------|
bloem
                                                                               

Slide 5 - Tekstslide

oefentoets
Vraag 7 ging over de hoogoven waarin ijzer wordt gemaakt. Je moet deze drie stappen (reactieschema's) dus kennen!

1 ijzeroxide (s) + koolstofmono-oxide (g) --> ijzer (l) + koolstofdioxide (g)
2 koolstof (g) + zuurstof (g) --> koolstofdioxide (g)
3 koolstofdioxide (g) + koolstof (s) --> koolstofmono-oxide (g)

Lees dit proces dus nog een keer goed door in je boek.

Slide 6 - Tekstslide

oefentoets
8 Reken uit hoeveel gram ammoniak reageert met 87 gram waterstofchloride de verhouding is waterstofchloride : ammoniak = 15 : 7.
Gegeven: 87 gram waterstofchloride & verhouding waterstofchloride:ammoniak = 15:7
gevraagd: Aantal gram ammoniak
verhoudingstabel: 



berekening: 7 : 15 = 0,47 & 0,47 x 87 = 40,6
antwoord: er is 40,6 gram ammoniak nodig
waterstofchloride
15
1
87
ammoniak
7
0,47
40,6

Slide 7 - Tekstslide

oefentoets
9 Het product dat ontstaat bij de reactie tussen ammoniak en waterstofchloride is salmiak. Reken uit hoeveel gram salmiak er ontstaan is bij vraag 8.
Gegeven: 87 gram waterstofchloride & 40,6 gram ammoniak
gevraagd: Aantal gram salmiak
Formule: massa beginstoffen = massa eindproduct
berekening: 87 + 40,6 = 127,6
antwoord: er is 127,6 gram salmiak ontstaan


wet van massabehoud!!

Slide 8 - Tekstslide

oefentoets
10 Je hebt bij de 87 gram waterstofchloride uit vraag 8 75 gram ammoniak gedaan. Laat met een berekening zien hoeveel van welke stof in overmaat aanwezig is.
Gegeven: 87 g waterstofchloride, 75 g ammoniak &  waterstofchloride:ammoniak = 15:7
gevraagd: overmaat
verhoudingstabel: 



berekening: 7 : 15 = 0,47 & 0,47 x 87 = 40,6  & 75 - 40,6 = 34,4
antwoord: Ammoniak is in overmaat aanwezig, er blijft 34,4 gram over
waterstofchloride
15
1
87
ammoniak
7
0,47
40,6

Slide 9 - Tekstslide

oefentoets
11 hoe toon je waterstof aan?
     Door er een vlammetje bij te houden, je hoort dan een knal

12 leg uit wat de wet van massabehoud is
      Volgens deze wet is de massa van de beginstoffen gelijk aan de wet van de reactieproducten

13 maak een reactieschema waarbij magnesium met zuurstof reageert
     magnesium (s) + zuurstof (g) --> magnesiumoxide (s)

Slide 10 - Tekstslide

oefentoets
14 leg uit hoe de ontleding van water werkt met het toestel van Hoffman
      In het toestel van Hoffman zitten 2 plaatjes waar een elektrische stroom doorheen gaat.                  Deze manier van ontleden noem je elektrolyse. Door de verschillende ladingen wordt water            ontleden in waterstof en zuurstof. Hierbij ontstaat meer waterstof dan zuurstof.

15 wat doe je bij een evaluatie?
      Je schrijft op wat er goed ging en wat er fout ging.

Slide 11 - Tekstslide

Begrippenlijst
Jullie gaan nu een begrippenlijst maken van hoofstuk 3, dit is huiswerk voor aanstaande woensdag.

Schrijf achter elk begrip wat het betekent.

Slide 12 - Tekstslide