Marketingproces OH25
1 / 29
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
timer
1:00
Wat is marketing?
Slide 2 - Woordweb
Slide 3 - Tekstslide
Wat is marketing? Kies het juiste antwoord.
A
alle activiteiten om winst te verwerven met als doel het behalen van een zo goed mogelijk bedrijfsresultaat
B
alle activiteiten met als doel winst te verwerven en in de wensen van de doelgroep te voorzien
C
alle activiteiten om de retailmix zo goed mogelijk toe te passen
D
alle activiteiten om het winkelconcept zo goed mogelijk uit te voeren
Slide 4 - Quizvraag
Slide 5 - Tekstslide
Sleep de voorbeelden naar de juiste begrippen
timer
1:30
Consumentenmarketing
Retailmarketing & trademarketing
een groothandel die een folder uitgeeft met aanbiedingen voor een retailer
een fabrikant die een vertegenwoordiger naar de groothandel stuurt om producten voor de horeca aan te prijzen
een groothandel die een webwinkel onderhoudt voor zakelijke kantoorartikelen
een retailer die zijn etalage mooi inricht om meer klanten binnen te krijgen
een fabrikant die televisiereclame maakt om consumenten aan te sporen zijn product te kopen
Slide 6 - Sleepvraag
Wat zijn de 5 P's van de marketingmix
Dit zijn de 5 marketinginstrumenten?
Dit zijn de 5 marketinginstrumenten?
Slide 7 - Woordweb
Slide 8 - Tekstslide
De marketingmix (de 6 p's)
timer
1:00
Hoe krijg je aandacht voor het product?
Welke producten worden verkocht?
Hoe worden producten gepresenteerd?
Wat voor mensen werken er?
Welke prijs krijgt het product?
Waar is het te koop?
Prijsbeleid
presentatiebeleid
productbeleid
personeelsbeleid
plaatsbeleid
promotiebeleid
Slide 9 - Sleepvraag
Welk instrument van de Marketingmix speelt voor een onlinewinkel een kleinere rol dan bij een fysieke winkel?
A
Prijs
B
Assortiment
C
Vestigingsplaats
D
Personeel
Slide 10 - Quizvraag
timer
1:00
Wat is online marketing?
Slide 11 - Woordweb
Slide 12 - Video
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Een retailer biedt de consument de keuze tussen verschillende verkoopkanalen. Het ene kanaal weet niet wat het andere doet. Hierdoor kunnen bijvoorbeeld de prijzen in de winkel anders zijn dan online.
Hoe noem je een verkoopkanaal waar dit gebeurt?
Hoe noem je een verkoopkanaal waar dit gebeurt?
A
single channel
B
multichannel
C
crosschannel
D
omnichannel
Slide 18 - Quizvraag
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Een retailer biedt de consument de keuze tussen verschillende verkoopkanalen. Het ene kanaal weet niet wat het andere doet. Hierdoor kunnen bijvoorbeeld de prijzen in de winkel anders zijn dan online.
Hoe noem je een verkoopkanaal waar dit gebeurt?
Hoe noem je een verkoopkanaal waar dit gebeurt?
A
single channel
B
multichannel
C
alle activiteiten om de retailmix zo goed mogelijk toe te passen
D
alle activiteiten om het winkelconcept zo goed mogelijk uit te voeren
Slide 28 - Quizvraag
Groothandel wil naast kantoormeubels ook kantoorartikelen toevoegen aan het assortiment en moet hiervoor inkoopcontracten afsluiten met nieuwe leveranciers. Van welke markt is sprake bij het afsluiten van de inkoopcontracten?
A
B2B
B
B2C
