Unit 3_Money/25January

TODAY'S  
You need: 
- laptop
-book(p.89) -pen
  • riddle of the day
  • info-Anglia exams
  • 5 irregular verbs
  • homework check (p.89)
  • grammar exam check(Unit 2)
  • blooket game(Vocab 3.1&3.2)
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

TODAY'S  
You need: 
- laptop
-book(p.89) -pen
  • riddle of the day
  • info-Anglia exams
  • 5 irregular verbs
  • homework check (p.89)
  • grammar exam check(Unit 2)
  • blooket game(Vocab 3.1&3.2)

Slide 1 - Tekstslide

Brain Teaser 

The more you take, the more you leave behind. What am I?

Slide 2 - Tekstslide

Footsteps

Slide 3 - Tekstslide

5 irregular verbs
shut
sing
smelt
spreken
spelt

Slide 4 - Tekstslide

5 irregular verbs
shut
shut
shut
dichtdoen
sing 
sang
sung
zingen
smell
smelt
smelt
ruiken
speak
spoke 
spoken
spreken
spell
spelt
spelt
spellen

Slide 5 - Tekstslide

homework check
p. 89

Slide 6 - Tekstslide

grammar exam check

Slide 7 - Tekstslide

 Get your       laptop         ready! 
timer
2:00

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Link

The Future: will / shall + hele werkwoord

Slide 10 - Tekstslide

The Future: will / shall + hele werkwoord: gebruik
Wanneer gebruik je The Future: will / shall + hele werkwoord
Je gebruikt The Future: will / shall + hele werkwoord bij simpele verwijzingen naar de toekomst of wanneer iets spontaan wordt besloten (zonder dat het is gepland of vastgelegd). 


I will pick it up tomorrow. 
I will carry the bag for you!

Slide 11 - Tekstslide

The Future: will / shall + hele werkwoord: 
vorm bevestigend (+)
Hoe ziet de The Future: will / shall + hele werkwoord eruit ? 
Will / shall + hele werkwoord


I
will/ 'll help you with that.
shall/ 'll help you with that.
He/She/It/
You/ They
will/ 'll help you with that.
We
will/ 'll help you with that. 
shall/ 'll help you with that. 

Slide 12 - Tekstslide

The Future: will / shall + hele werkwoord: vorm bevestigend (+)
Hoe ziet de The Future: will / shall + hele werkwoord eruit ? 
Will / shall + hele werkwoord


I
will/ 'll help you with that.
shall/ 'll help you with that.
He/she/it
will/ 'll help you with that.
We
will/ 'll help you with that. 
shall/ 'll help you with that. 
You/ they
will/ 'll help you with that.
Bij I en We kun je zowel will als shall gebruiken bij bevestigende en ontkennende zinnen.

Slide 13 - Tekstslide

The Future: will / shall + hele werkwoord: ontkennend (-)
I
I will not / won't help you with that?
I shall not / shan't help you with that.
He/she/it
He/She/It will not / won't help you with that?
We
We will not / won't help you with that?
We shall not / shan't help you with that. 
You/ they
You/They will not / won't help you with that?
--> Bij ontkennende zinnen zet je not achter will, of maak je er won't van.
--> Bij I en we zet je not achter shall, of maak je er shan't van. 

Slide 14 - Tekstslide

The Future: will / shall + hele werkwoord: vragend (?)
I
Shall help you with that?
He/she/it
Will he/she/it help you with that?
We
Shall we help you with that? 
You/ they
Will you/they help you with that?
--> Bij vraagzinnen zet je will of shall vooraan de zin.
Let op! Bij vraagzinnen met I of we moet je shall gebruiken!

Slide 15 - Tekstslide

Complete the sentence with the right form of The Future: will/shall + hww

They .... the package by in a bit. (bring)
A
shall bring
B
will bring
C
are going to bring
D
'll bring

Slide 16 - Quizvraag

Complete the sentence with the right form of The Future: will/shall + hww

We .... of a way to get there. (think)
A
shall think
B
will think
C
are going to think
D
'll think

Slide 17 - Quizvraag

Complete the sentence with the right form of The Future: will/shall + hww

I .... of a way to get there. (think)
A
think
B
will think
C
are going to think
D
'll think

Slide 18 - Quizvraag

Maak de volgende zin vragend:
I shall post it tomorrow.

Slide 19 - Open vraag

Maak de volgende zin vragend:
It will be fun.

Slide 20 - Open vraag

Maak de volgende zin ontkennend:
Rick will be furious if he finds it out.

Slide 21 - Open vraag

Maak de volgende zin ontkennend:
I shall start on it tomorrow.

Slide 22 - Open vraag

Zet de volgende zin in The Future: shall/ will + hww

She ...(call) when she has time.

Slide 23 - Open vraag

Zet de volgende zin in The Future: shall/ will + hww

....... (I, ask) it again tomorrow?

Slide 24 - Open vraag

Zet de volgende zin in The Future: shall/ will + hww

Tom ....(not, pay) me back soon.

Slide 25 - Open vraag

Zet de volgende zin in The Future: shall/ will + hww

We ...(not, ask) her when we get home.

Slide 26 - Open vraag