Herhaling Eindtoets jaar 2 - s en W + Helling: a + Fres

• Natuurkunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

Pak a.j.b. je spullen:

Puck

Anna

Nisrine

Melanie

Lotte

Luuk

Vandaag

Herhaling voor toetsweek - Versimpeling halfwaardeberekeningen

• Oppervlak: s en W
• Helling: a + Fres

Doel van deze les

• Je kunt uitleggen welke grootheid bij de oppervlakte van een grafiek hoort.
• Je kunt de grootheid die bij een oppervlakte hoort berekenen.
• Je kunt uitleggen welke grootheid bij de helling van een grafiek hoort.
• Je kunt de grootheid die bij een helling hoort berekenen.

Zoek de grootheid

v(t)

F(s)

a(t)

P(t)

Variabele waarde

v(t) : s= v * t

F(s):  W = F * s

a(t):  v = a * t

P(t):   E = P * t

Bereken:
afgelegde weg van 
1 tot 4 seconde

voor de rode en blauwe

lijn.

Uitwisselen:
De volgende persoon mag het uitleggen

V5

V3

Bereken:
Verrichtte arbeid van 
4 tot 8 seconde.
MET JUISTE EENHEID!

F (N)

s (m)

Zoek de grootheid bij de helling

s(t)

v(s)

I(U)

E(t)

Eenheid / Grootheid helling

s(t):   v = s/t

v(t):  a = v/t   

U(I):   R=U/I

E(t):  P = E/t

Bereken de weerstandswaarde

van de gemeten weerstand uit deze

grafiek.
Met juiste eenheid.

U (V)

I (A)

Vier mogelijke vragen:                                   
grafiek       

• Ik begin met 2*10⁹ atomen en m'n halfwaardetijd is 4 uur.
  Hoeveel atomen zijn er nog na een dag?
  
  
• Ik heb nu 24 atomen en m'n halfwaardetijd is 4,3 uur.
  Hoeveel atomen had ik een dag geleden?
  
  
• Ik had gisteren 1024 atomen en na een dag heb ik er nog maar 2.
  Wat is m'n halfwaardetijd?
  
  
• Ik had 1024 atomen en nu heb ik er nog maar 2.  t_1/2  is 1 jaar.

Hoeveel tijd is er verstreken?

N​t​​=N​0​​⋅(​2​​1​​)​​t​halfwaarde​​​​t​​​​

N​t​​

t

t​halfwaarde​​

N​0​​

gevraagd:

opgave:

24

20 b

22

26 b

Eigenlijk maar twee categoriën!
grafiek       

• Hoeveel atomen zijn er nog na een dag?
  
  
• Hoeveel atomen had ik een dag geleden?
  
  Strategie: Vul de formule in, je hebt geen last van 
  
  
  
• Wat is m'n halfwaardetijd?
                                                                                                          Strategie: Zoek hoeveel halfwaardetijden of
• Hoeveel tijd is er verstreken?                                         halveringsdiktes er zijn verstreken:
                                                                                                          Dat aantal  =                          of
  
  

N​t​​=N​0​​⋅(​2​​1​​)​​t​halfwaarde​​​​t​​​​

N​t​​

t

t​halfwaarde​​

N​0​​

gevraagd N of A:

A​t​​=A​0​​⋅(​2​​1​​)​​t​halfwaarde​​​​t​​​​

A​t​​=A​0​​⋅(​2​​1​​)​​d​halvering​​​​d​​​​

gevraagd tijd:

(​2​​1​​)​​t​halfwaarde​​​​t​​​​

​t​halfwaarde​​​​t​​

​d​halvering​​​​d​​

Reken uit

Er vervallen 1000 atomen per seconde.
Een dag later vervallen er nog maar 125 per seconde.

Wat is de halfwaardetijd?

Strategie:
Wordt A of N gevraagd? 
Vul de formule in.

Let op dat At en Nt altijd kleiner zijn dan A0 en N0.

Strategie:
Wordt tijd gevraagd?

Ga opzoek naar het aantal halveringen. Dat is gelijk aan                of                . 

​t​halfwaarde​​​​t​​

​d​halvering​​​​d​​

Krachten tekenen

• Aangrijpingspunt --> Zwaartekracht grijpt aan in zwaartepunt
• Lengte op schaal --> Kies schaal als hij er niet is + noteer: 
• Pijlpunt in juiste richting 
• Schrijf de naam van de kracht naast de pijl

F​z​​,F​wind​​,F​normaal​​,F​trek​​,F​duw​​,F​w​​

Resulterende kracht en versnelling

Een kracht veroorzaakt versnelling

       
Resulterende Kracht = Massa * Versnelling

eenheden: Newton = kg * m/s²

Reader krachten, 1e blad = blz 45.

F​res​​=m⋅a

Maak opgave 20 b

onduidelijker: boek --> buur --> bureau

Klaar?
Werk aan opgaven t/m 28

zacht overleg met directe buur

α=​2​4​​He

β​−​​=​−1​0​​e

β​+​​=​+1​0​​e

N​t​​=N​0​​⋅(​2​​1​​)​​t​halfwaarde​​​​t​​​​

Uitwisselen:
De volgende persoon mag het uitleggen

V5

V3