Formuleerfouten les

Formuleerfouten
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Formuleerfouten

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen
  • Ik weet welke formuleringsfouten veel gemaakt worden.
  • Ik kan formuleringsfouten herkennen en verbeteren.


Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Formuleerfouten

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Oefenopgaves
We gaan nu oefenen met Onjuiste herhalingen. Vind het woord dat onjuist herhaald is. Er is maar 1 antwoord correct.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb geen geld, maar ik heb er ook geen tijd voor ook.
A
heb
B
maar
C
ook
D
ik heb

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan dat gepraat over voetbal op zondagavond heb ik een hekel aan.
A
aan
B
op
C
over
D
heb

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

(Tautologie) Verbeter onderstaande zin:
Door de regen kon je de overkant haast bijna niet meer zien.

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

(Tautologie) Verbeter onderstaande zin:
Natuurlijk controleren we vanzelfsprekend de antwoorden.

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Goed
Fout
Groene gras
Grijs beton
Mooie zon
Troebel water
Rode tulp
Witte sneeuw
Weer hervat
hete tropenzon

Slide 12 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Contaminatie

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overnieuw
A
Contaminatie
B
Correct

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Nachecken
A
Contaminatie
B
Correct

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Contaminatie
Tautologie
Pleonasme
Eigenschap van een woord wordt ten onrechte benadrukt.
Je haalt twee woorden door elkaar.
Twee synoniemen die precies hetzelfde betekenen.

Slide 17 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ronde cirkel
A
Tautologie
B
Pleonasme
C
Contaminatie

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Contaminatie 
1.
Dubbele ontkenning
2.
Tautologie
3.
Pleonasme
4.
Onjuiste herhaling 
5.

Slide 19 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat een mooie rode aardbeien!
A
tautologie
B
pleonasme
C
overdrijving
D
dubbelop

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wij zijn genoodzaakt u te moeten ontslaan.
A
tautologie
B
pleonasme
C
dubbele negatie
D
contaminatie

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

We moeten onze eigen cijferlijst uitprinten.
A
contaminatie
B
pleonasme
C
tautologie
D
dubbele negatie

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hij heeft iets te diep in het glaasje gekeken.
A
onjuiste herhaling
B
correct
C
contaminatie
D
tautologie

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hij beseft zich niet wat hij daar zijn vrienden mee aandoet.
A
dubbelop
B
pleonasme
C
contaminatie
D
tautologie

Slide 25 - Quizvraag

Hij beseft niet
of
Hij realiseert zich niet
We moeten tot elke prijs voorkomen dat zij niet in dit huis komen wonen.
Tautologie
A
dubbelop
B
pleonasme
C
tautologie
D
contaminatie

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is het lesdoel behaald? (Ik weet welke formuleringsfouten veel gemaakt worden.
Ik kan formuleringsfouten herkennen en verbeteren.) Zo niet: wat vind je nog lastig?

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies