Referaat

• Excel
• Beroepsopleiding

Referaat CGT en ouder/ leerkrachttraining

- Mediatie therapie

     - Mediatie therapie en cognitieve technieken

     -  ABC schema/GGGGG schema

     - Opbouw mediatie therapie

- ADHD

     -Interventies kind

     -Interventies leerkracht

     -Interventies ouders

-Oefening ABC schema/GGGGG schema

Mediatie therapie

- Het modificeren van gedrag middels mediatoren.

Indicatie mediatie therapie

- Probleem dat onder invloed staat van omgeving

- Leeftijd

- Ouderfactoren

Mediatietherapie en cognitieve technieken

- ABC- schema (GGG- schema)

A: wat gebeurt er eerst

B: gedrag

C: Wat gebeurt er daarna?

Mediatietherapie en cognitieve technieken

- GGGGG (gebeurtenis- gedachte- emoties- gedrag-gevolg).

Casus Maarten 

Maarten is drie jaar en de oudste van twee kinderen. Met zijn jongere zusje van 1 jaar hebben de ouders geen problemen, maar wel met Maarten. Zijn in- en doorslaapprobleem wordt als eerste probleem gekozen om aan te pakken, omdat het een dagelijks terugkerende probleem vormt in het gezin. Maarten is slechts met moeite naar bed te krijgen. Moeder is soms een groot deel van de avond aan zijn bed gekluisterd om hem in slaap te krijgen. Als hij het haar echt te lang duurt, laat ze hem in het ouderlijk bed slapen.

Bij doorvragen komende de volgende gegevens naar voren:

’s Avonds begint het gedonder wanneer Maarten is uitgekleed. Hij wil dan niet naar boven. Hij weigert en stribbelt tegen als moeder hem bij de arm pakt. Boven gekomen wordt hij wel wat rustiger en laat hij zich instoppen als moeder belooft een verhaaltje te lezen. Als moeder na het verhaaltje afscheid wil nemen, klemt Maarten zich aan haar vast en wil hij niet dat ze weggaat. Als ze dat toch doet, loopt hij achter haar aan naar beneden. Moeder brengt hem dan weer naar boven en blijft bij zijn bed zitten tot hij ingeslapen is na ongeveer een half uur. Als ze zachtjes wil wegsluipen, wordt hij wel eens wakker en begint het hele ritueel opnieuw. Zo komt het voor dat moeder de hele avond boven bij zijn bed moet doorbrengen. Geen enkele avond lukt het haar om hem alleen te laten inslapen. Het lukt beter als ze hem in het ouderlijk bed laat inslapen.

Een ABC Schema

Voor het naar bed gaan

A: wat gebeurt er eerst	B: gedrag	C: wat gebeurt er daarna?
‘Maarten, je moet naar bed’	‘Ik wil niet’	(smekend) ‘Toe, niet zeuren’
(smekend) ‘Toe, niet zeuren’	(speelt door)	Pakt Maarten aarzelend bij arm
Pakt Maarten aarzelend bij arm	Rukt zich los en gaat dreinen	Pakt Maarten steviger en geïrriteerd vast
Pakt Maarten steviger en geïrriteerd vast, zegt luid en boos: nu gaan we geen verhaaltje doen.	gaat tegenstribbelend mee.	Gaat met Maarten naar boven

Opbouw mediatietherapie

1. Probleeminventarisatie

2. Operationalisatie en functie

3. Interventie I: inzicht en kennisoverdracht

4. Interventie II: basisdiscriminatietraining

5. Interventie III: Gedragsveranderingsprogramma

6. Interventie IV: strafprocedures

4. Interventie II: basisdiscriminatietraining

- Toename gewenst gedrag

• Prijzen/ belonen, chaining, shaping

- Afname ongewenst gedrag

• Verzwakken van ongewenst gedrag door negeren.

• Verzwakken van ongewenst gedrag door negatieve feedback.

• Verzwakken van ongewenst gedrag door overcorrectie.

5. Interventie III: Gedragsveranderingsprogramma

- Token-economy-programma (beloningssysteem)

- Contingency contracting (vastleggen in contract)

6. Interventie IV: strafprocedures:

-respons- cost 

-time-out

Gedrag: Luisteren

1. Prijzen
2. Time-out
3. Overcorrectie
4. Negeren

Gedrag: Weigeren

1. Prijzen
2. Time-out
3. Overcorrectie
4. Negeren

Gedrag: Schelden

1. Prijzen
2. Time-out
3. Overcorrectie
4. Negeren

Gedrag: Vernielen

1. Prijzen
2. Time-out
3. Overcorrectie
4. Negeren

Wanneer Mediatie therapie in te zetten?

- Gezinsproblemen

- Autisme

- ADHD

-Inzoomen op de ADHD

ADHD DSMV

Een persisterend patroon van onoplettendheid en/of hyperactiviteit-impulsiviteit dat

- interfereert met het functioneren/ontwikkeling

-Onoplettendheid  en/of Hyperactiviteit en impulsiviteit

-3% tot 5% van de kinderen en adolescenten 

-2,5% van de volwassenen heeft ADHD

-Een derde van de mensen met ADHD-klachten 

in de jeugd heeft als volwassene geen klachten meer

Behandeling ADHD 

(Bron multidisciplinaire richtlijn ADHD )

-  Diagnostiek en behandeling van kinderen en jongeren

-Deze richtlijn adviseert een multimodaal behandelaanbod: 

gedragstherapeutische behandelmethoden voor

ouders, kind en school, in combinatie

met medicatie (Prins & Van der Oord, 2008).

Behandeling ADHD 

(Bron multidisciplinaire richtlijn ADHD )

- Psychosociale interventies met het kind

- Psychosociale interventies met de leerkracht en op school

- Psychosociale interventies met ouders

Behandeling ADHD 

Psychosociale interventies met het kind

      - Bij ernstige symptomen eventueel medicatie.

     - Psycho educatie

      - Neurofeedback (zelfregulatie en impulscontrole)

      - CGT (aanleren van plannings- en organisatievaardigheden) 

      - Sociale vaardigheidstraining.

Behandeling ADHD

(Bron multidisciplinaire richtlijn ADHD )

Maar... onderzoek wijst uit dat gedragstherapeutische trainingen van ouders en leerkrachten

de beste effecten hebben (Pelham & Fabiano, 2008; Evans et al., 2014). Gedragstherapeutische

behandelingen die zich alleen op het kind zelf richten hebben vooralsnog minder goede resultaten en zijn hiermee een aanvulling (Boer et al., 2016).

De psychosociale standaardbehandeling van kinderen met ADHD betreft het structureren van de omgeving van het kind via het inschakelen van ouders en leerkracht. 

Voor de beste effecten is het belangrijk om de omgeving te betrekken!

Behandeling ADHD 

(Bron multidisciplinaire richtlijn ADHD )

- Psychosociale interventies met het kind

- Psychosociale interventies met de leerkracht en op school

- Psychosociale interventies met ouders

De leerkracht ervaart storend gedrag.
Welke tips zou jij de leerkracht geven?
(Bron:ADHD, wat kan de juf ermee)

Psychosociale interventies ADHD met de leerkracht:

Voorbeelden:

- Psycho- educatie 

- Structuur/Voorspelbaarheid

-Individuele beloningsprogramma’s, 

-Geven van effectieve instructies

- Negeren van ongewenst gedrag

- Toepassen van time-out,

-Afstemming aanpak thuis/school

-Taakinstructies afgestemd op de leerstijl van het kind,

Gedragssturende methoden voor in de klas (Bron Barkley)

Oftewel.. operant conditioneren

• al het gedrag is voorspelbaar;

• ‘vrijwillig leren’ Een mens leert door het effect wat het gedrag heeft.

• in de klinische praktijk is er altijd sprake van een wisselwerking tussen het

‘probleemkind’ en zijn directe omgeving.

Gedragssturende methoden voor in de klas (Bron Barkley)

Het gebruik van positieve consequenties (bekrachtigers)

-Positieve aandacht van leerkracht 

-Beloningssysteem (verdienen van stickers/krullen)

Gedragssturende methoden voor in de klas (Bron Barkley)

Het gebruik van negatieve consequenties

-Negeren

- Standjes

-Strafpunten of boetes bij ongewenst gedrag (respons/ cost)

- Time/out methode

-Schorsing van school

Welke operante techniek raad jij de leerkracht aan om bij Anouar toepassen?

1. Beloning
2. Time-out
3. Response cost(RC)
4. Negeren

Operante technieken

Bij ADHD

Bijvoorbeeld:

Bekrachtiging (beloning) en dan een korte directe beloning: Bij jongeren met ADHD hebben, ten opzichte van jongeren zonder ADHD, korte directe beloningen meer effect dan grote uitgestelde beloningen.

Doel: het verbeteren van aandacht, motivatie en het beter controleren van impulsen (Kenniscentrum kinder- en jeugdpsychiatrie, 2016).

Behandeling ADHD 

(Bron multidisciplinaire richtlijn ADHD )

- Psychosociale interventies met het kind

- Psychosociale interventies met de leerkracht en op school

- Psychosociale interventies met ouders

Psychosociale interventies met ouders

Psychosociale interventies bij ADHD met ouders:

- Psycho- educatie 

- Intensieve opvoedingsondersteuning thuissituatie 

- Ouderbegeleiding

- Gedragstherapeutische oudertraining- mediatietherapie

Maarten

3 jaar

Ouders hebben problemen met Maarten.. Zijn in- en doorslaapprobleem wordt gekozen om aan te pakken, omdat het een dagelijks terugkerende probleem vormt in het gezin. Maarten is slecht met moeite naar bed te krijgen. Moeder (M) is soms een groot deel van de avond aan zijn bed gekluisterd om hem in slaap te krijgen. Als hij het haar echt te lang duurt, laat ze hem in het ouderlijk bed slapen

Bij doorvragen komende de volgende gegevens naar voren:

’s Avonds begint het gedonder wanneer Maarten is uitgekleed. Hij wil dan niet naar boven. Hij weigert en stribbelt tegen als M. hem bij de arm pakt. Boven gekomen wordt hij wel wat rustiger en laat hij zich instoppen als M. belooft een verhaaltje te lezen. Als M. na het verhaaltje afscheid wil nemen, klemt Maarten zich aan haar vast en wil hij niet dat ze weggaat. Als ze dat toch doet, loopt hij achter haar aan naar beneden. M. brengt hem dan weer naar boven en blijft bij zijn bed zitten tot hij ingeslapen is na ongeveer een half uur. Als ze zachtjes wil wegsluipen, wordt hij wel eens wakker en begint het hele ritueel opnieuw. Zo komt het voor dat M. de hele avond boven bij zijn bed moet doorbrengen. Geen enkele avond lukt het haar om hem alleen te laten inslapen. Het lukt beter als ze hem in het ouderlijk bed laat inslapen

Vul een ABC-schema in voor het afscheid nemen. 

Bedenk wat een aangrijpingspunt voor behandeling zou kunnen zijn.

A: wat gebeurt er eerst

B: gedrag

C: Wat gebeurt er daarna?

Opdracht: Wat zou een uitlokkende factor (A) kunnen zijn van het uitstelgedrag van Maarten?  Vul dit schema in voor Maarten en bedenk wat het aangrijpingspunt zou kunnen zijn van de behandeling.

Opdracht: maak een ABC Schema

Het afscheid nemen

A: wat gebeurt er eerst	B: gedrag	C: Wat gebeurt er daarna?
‘Nu is verhaaltje uit. Je moet gaan slapen'.	‘Nog ééntje!’	(beslist): Nee! Je moet gaan slapen
(beslist): Nee! Je moet gaan slapen	Maarten gaat dreinen, smeken	(zuchtend): ‘Toe maar. Nog 1 dan'
(zuchtend): ‘Toe maar. Nog 1 dan'	Maarten houdt op met dreinen en wordt rustig.	‘En nu gaan slapen’ (geeft Maarten een afscheidskus).
‘En nu gaan slapen’ (geeft Maarten een afscheidskus).	(huilend en smekend): ‘Niet weggaan'.	Blijft zitten totdat Maarten lijkt te slapen en sluit weg.

Wat zou een uitlokkende factor (A) kunnen zijn van het uitstelgedrag van Maarten? 

Vul dit schema in voor Maarten.