Opdracht: Je praat een halve minuut met elke klasgenoot. De leerlingen in de buitenste rij stellen de vragen. Als de binnenrij is geweest, gaan we wisselen. Als de timer gaat, schuif je door. Stel de vragen (bijvoorbeeld):- Ben je weggeweest? Zo ja, waarheen?
- Ben je thuis gebleven? Wat heb je thuis gedaan?
- Heb je gewerkt voor school of voor je baantje: wat heb je gedaan en hoe vaak?