Hst.4 materialen-Dichtheid

Welkom bij Nask
Klas 3
Hoofdstuk 4:  Materialen
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij Nask
Klas 3
Hoofdstuk 4:  Materialen

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Uitleg Hoofdstuk 7.4 Dichtheid
  • Drijven-Zweven-Zinken
  • maken vraag 1-11 blz. 174-178

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt antwoord geven op deze vragen:

  • Waarom gaat iets drijven of zinken?

  • Hoe bereken je de dichtheid?

Slide 3 - Tekstslide

Waarom zinkt een stof?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Waarom zinkt een stof?
Dichtheid = Het aantal gram van 1 cm³ van een stof





Slide 6 - Tekstslide

Waarom zinkt een stof?
Water = 1,0 g/cm³
IJzer = 7,9 g/cm³
Hout = 0,7 g/cm³

Zinken -> Dichtheid van ijzer is groter dan dichtheid van water
Zweven -> Dichtheid van vis is gelijk aan dichtheid van water
Drijven -> Dichtheid van hout is kleiner dan dichtheid van water

Slide 7 - Tekstslide

Dichtheid
Zoek in de tabellen: ‘Gegevens van enkele vaste stoffen’ of ‘Gegevens van enkele vloeistoffen’ de dichtheid op van:
  1. Baksteen
  2. Lood
  3. IJs
  4. Zeewater
  5. Olijfolie

Slide 8 - Tekstslide

Rekenen met dichtheid

Slide 9 - Tekstslide

Hoe meet je massa & volume?
Formule:
Dichtheid = Massa : Volume
p = m : V

Massa => Meten met een weegschaal

Volume 
Bij regelmatig voorwerp      => Lengte x Breedte x Hoogte
Bij onregelmatig voorwerp => Onderdompelmethode 


Slide 10 - Tekstslide

Oefenvraag 1
Een steen heeft een volume van 4,5 cm³. 
De massa van deze steen is 16,2 gram. Bereken de dichtheid. 

  1. Gegeven
  2. Gevraagd
  3. Formule
  4. Berekening
  5. Antwoord

Slide 11 - Tekstslide

Oefenvraag 2
Je hebt een blokje metaal van 136,5 gram. In een maatglas zit 25 mL water. Je doet het blokje metaal er in. Het waterpeil staat dan bij 38 mL. 
-> Bereken de dichtheid van het blokje metaal.
  1. Gegeven
  2. Gevraagd
  3. Formule
  4. Berekening
  5. Antwoord

Slide 12 - Tekstslide