herhalen

Herhalen H5 en H6
Maak een 'formuleblad'/leersamenvatting!
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieBeroepsopleiding

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Herhalen H5 en H6
Maak een 'formuleblad'/leersamenvatting!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Hieronder staan de gegevens over de gezinsomvang van leerlingen uit een willekeurige klas. Neem deze gegevens over.
4, 2, 5, 3, 7, 2, 4, 4, 5, 2, 3, 4, 6, 3, 3. Welke frequentietabel hoort bij deze gegevens?
A
B
C
D

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


       Sleep de percentages naar de juiste plek in de tabel
6,7%
26,7%
13,3%
20%

Slide 10 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent de relatieve cumulatieve frequentie?
A
Het verschil van de relatieve frequentie.
B
Opstapelen van de relatieve frequentie.
C
Het verschil van de frequentie.
D
Opstapelen van de frequentie.

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kwalitatief
Kwantitatief
geslacht
schoenmaat
lengte
woonplaats
inwoneraantal

Slide 12 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de mediaan?
Wat is de modus en de mediaan?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De resultaten op het eindexamen wiskunde A van een klas met 26 leerlingen zijn als volgt: 

8, 7, 6, 3, 7, 6, 7, 5, 10, 6, 9, 8, 6, 5, 5, 6, 7, 9, 8, 6, 3, 8, 5, 7, 6, 10.
 

  1. Mediaan:
  2. • Q1:
  3. • Q3:
  4. • Minimum:
  5. • Maximum:
  6. • Kwartielafstand:
  7. • Modus:
  8. • Spreidingsbreedte:

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De resultaten op het eindexamen wiskunde A van een klas met 26 leerlingen zijn als volgt: 

8, 7, 6, 3, 7, 6, 7, 5, 10, 6, 9, 8, 6, 5, 5, 6, 7, 9, 8, 6, 3, 8, 5, 7, 6, 10.
 

  1. Mediaan: 6,5
  2. – Q1: 6
  3. – Q3: 8
  4. – Minimum: 3
  5. – Maximum: 10
  6. – Kwartielafstand: 2
  7. – Modus: 6
  8. – Gemiddelde: 6,7
  9. – Spreidingsbreedte: 7

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

examencijfers wiskunde A
Er zitten 24 leerlingen in de klas.


  1. • Wat is het laagst mogelijke gemiddelde cijfer van deze klas?
  2. • Wat is het hoogst mogelijke gemiddelde cijfer van deze klas?
  3. • Wat is het gemiddelde cijfer van deze klas als je er van uit gaat dat de cijfers gelijkmatig over de boxen verdeeld zijn?
  4. • Hoeveel procent van de leerlingen heeft hoger dan een 8 gehaald?
  5. • Hoeveel procent van de leerlingen heeft een onvoldoende (lager dan 5,5).

Je mag er vanuit gaan dat de boxen gelijkmatig verdeeld zijn

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdstuk 6

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Heeft de grafiek van

een top of een punt van symmetrie?

f(x)=3(x2)57
A
top
B
punt van symmetrie

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij de verschuiving van de standaardformule y=0.5x^2 met DRIE OMHOOG is de beeldgrafiek met de formule..
A
y = 0.5 x^2 +3
B
y = 0.5 x^2 -3
C
y = 0.5 (x+3)^2
D
y = 0.5 x^(2*3)

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij de verschuiving van de standaardformule y=0.5x^2 met DRIE NAAR RECHTS is de beeldgrafiek met de formule..
A
y = 0.5 x^2 +3
B
y = 0.5 x^2 -3
C
y = 0.5 (x-3)^2
D
y = 0.5 (x+3)^2

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de coördinaten van de top van de grafiek van:
y=3(x4)21
A
(3, -1)
B
(-3, 4)
C
(4, -1)
D
(-4, -1)

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de coördinaten van het punt van symmetrie van:

y=4(x+2)52
A
(2, 2)
B
(4, -2)
C
(2, 4)
D
(-2, -2)

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Op de grafiek van y=2(x-3)2+4 wordt eerst de verschuiving (2,-5) toegepast en daarna de herschaling in verticale richting met factor -2. Stel de formule op van de beeldgrafiek en geef de coordinaten van de top.
A
y=4(x1)22,top(1,2)
B
y=4(x5)2+2,top(5,2)
C
y=4(x5)21,top(5,1)

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Op de grafiek van
wordt eerst de verschuiving (4, -5) toegepast en vervolgens de herschaling in verticale richting met factor 2. Stel de formule op van de beeldgrafiek.
y=3x2
A
y=6(x+4)210
B
y=6(x+4)25
C
y=6(x4)25
D
y=6(x4)210

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel oplossingen heeft de vergelijking
3x8=6
A
0
B
1
C
2
D
geen idee

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

4(b + 5) + 5(c - 6) = 40
Druk c uit in b.

Slide 30 - Open vraag

4b + 20 + 5c - 30 = 40
4b + 5c - 10 = 40
5c = 50 - 4b
c = 10 - 4/5b

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies