Les 21: Eerlijkheid

Eerlijkheid
Les 21
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
MentorlesPraktijkonderwijsLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Introductie

Leerlingen weten wat eerlijk of oneerlijk zijn betekent en ze kunnen ook vertellen wat een mening geven betekent

Instructies

Werkbladen

Onderdelen in deze les

Eerlijkheid
Les 21

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan het eind van deze les...
• leg ik uit wat eerlijk en oneerlijk zijn betekent,
• vertel ik wat een mening geven betekent en hoe ik dat op een eerlijke manier kan doen

Vertrouwen in jezelf:
Ik geef argumenten voor mijn mening

Slide 2 - Tekstslide

Bespreek met de leerlingen wat ze aan het einde van deze les hebben geleerd.
Naspelen
We gaan oefenen
Hoe werkt het?
Instructie
Let op! Nu komt er uitleg
Doe activiteit
We gaan aan het werk
Schrijf opdracht
Opdracht uit de Baaz-map
Afronding
Gezamenlijke afsluiten
Kijken
Goede kijkhouding
Luisteren
Goede luisterhouding
Overleggen
Met elkaar overleggen
Groepsgesprek
Met elkaar in gesprek

Slide 3 - Tekstslide

Bespreek en herhaal de picto's die terugkomen in de les
Les 21 - Eerlijkheid
Gesprek 
Werkblad invullen
Eerlijkheids spel
Meningen spel
Filmfragmenten

Slide 4 - Tekstslide

Bespreek met de leerlingen de planning van de les, wijs ze hierbij ook op de picto's bij de verschillende onderdelen

Mochten leerlingen de picto's niet meer weten, ga terug naar de vorige dia
Eerlijkheid
Mening geven

Slide 5 - Woordweb

Woordweb:

Met devices:
  • De leerlinge noteren woorden bij eerlijkheid en mening geven.
  • Bespreek de antwoorden en versleep ze naar de juiste kolom. 
Zonder devices:
  • De leerlingen schrijven op een post it woorden die horen bij eerlijkheid en mening geven. 
  • Ze plakken dit in de juiste kolom op het bord.
  • Bespreek de woorden met de leerlingen.
Vragen:
  • Wanneer ben je eerlijk?
  • Wanneer geef je jouw mening?
  • Wat is het verschil tussen eerlijk zijn en je mening geven?
  • Wanneer doe je dat niet?
Vraag door en vraag naar concrete voorbeelden van leerlingen. 

Werkblad

Slide 6 - Tekstslide

Werkblad:

Vul gezamenlijk met de klas het werkblad in.
Eerlijkheids spel
• Luister naar de situatie
• Bedenk: is dit eerlijk of oneerlijk
• Eerlijk = groen
• Oneerlijk = rood


Slide 7 - Tekstslide

Eerlijkheid spel:

Variant 1:
Met devices:
  • De leerlingen luisteren naar een situatie.
  • Ze kiezen eerlijk of oneerlijk.
  • Vraag door op gedachten-gedrag-gevolg
Variant 2:
  • Geef elke leerling een rode en groene kaart.
  • Lees de situatie voor.
  • De leerlingen kiezen voor eerlijk (groen) of oneerlijk (rood).
  • Ze houden hun kaart omhoog.
  • Vraag door op gedachten-gedrag-gevolg


Jenny
Eerlijk
Oneerlijk

Slide 8 - Poll

Deze slide heeft geen instructies


De jongens
Eerlijk
Oneerlijk

Slide 9 - Poll

Deze slide heeft geen instructies


Een jongen
Eerlijk
Oneerlijk

Slide 10 - Poll

Deze slide heeft geen instructies


De meiden
Eerlijk
Oneerlijk

Slide 11 - Poll

Deze slide heeft geen instructies


Een meisje
Eerlijk
Oneerlijk

Slide 12 - Poll

Deze slide heeft geen instructies


Jessie
Eerlijk
Oneerlijk

Slide 13 - Poll

Deze slide heeft geen instructies


Jessie
Eerlijk
Oneerlijk

Slide 14 - Poll

Deze slide heeft geen instructies


Mohammed
Eerlijk
Oneerlijk

Slide 15 - Poll

Deze slide heeft geen instructies


Halim
Eerlijk
Oneerlijk

Slide 16 - Poll

Deze slide heeft geen instructies


Mohammed
Eerlijk
Oneerlijk

Slide 17 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Meningen spel
• Luister naar de vraag
• Wil je antwoord geven, dan de Praatkaart omhoog
• De klas luistert en houd een meningkaart omhoog



Slide 18 - Tekstslide

Meningen spel:
  • Bespreek met de klas wat een mening hebben en een mening geven is.
  • Leg uit dat je eerst een mening moet vormen over iets voordat je je mening kunt geven.
  • Geef een eigen voorbeeld over je mening hebben en geven.
  • Vraag leerlingen naar eigen voorbeelden.
Spel:
  • Geef elke leerling een Praatkaart en de 3 meningkaarten.
  • Leg uit dat wanneer een leerling iets wilt zeggen, hij/zij de praatkaart omhoog houd.
  • De klas luistert naar de ander.
  • Als iemand een mening wil geven over iets wat een ander zegt, dan steekt hij/zij de meningkaart omhoog.
  • Tip om eerst even een oefenen met een simpele vraag; is het eten in de kantine goedkoper dan in de winkel?

Slide 19 - Tekstslide

Filmfragmenten:
  • Bekijk het filmfragment.
  • Bespreek het kort na als afronding van de les.
Dreamschool: min. 16.30 tot 17.15