5.4 Aanpassingen bij dieren

5.4 Aanpassingen bij dieren
Je kunt beschrijven hoe waterdieren zijn aangepast aan hun leefomgeving.
Je kunt beschrijven hoe landdieren zijn aangepast aan hun leefomgeving.
Je kunt beschrijven hoe vogels zijn aangepast aan hun leefomgeving.
1 / 7
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 7 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

5.4 Aanpassingen bij dieren
Je kunt beschrijven hoe waterdieren zijn aangepast aan hun leefomgeving.
Je kunt beschrijven hoe landdieren zijn aangepast aan hun leefomgeving.
Je kunt beschrijven hoe vogels zijn aangepast aan hun leefomgeving.

Slide 1 - Tekstslide

waterdieren
4 aanpassingen: 
1. Kieuwen om zuurstof uit het water te halen
2. Vinnen om te zwemmen en rechtop te
     blijven
3. Schubben met slijm, hierdoor is het glad
4. Alle waterdieren zijn altijd gestroomlijnd.

Slide 2 - Tekstslide

Landzoogdieren
Op land is het zwaarder dan in het water

Landdieren hebben een zwaar skelet en stevige poten

Slide 3 - Tekstslide

Landzoogdieren
Manier van lopen
  • Zoolganger - zachte ondergrond
  • Teenganger - harde ondergrond
  • Topganger - harde ondergrond


Slide 4 - Tekstslide

Vogels
Kegelsnavel
pincetsnavel
Kegelsnavel
haaksnavel
priemsnavel

Slide 5 - Tekstslide

Bespreken
5.3 Organismen en hun leefomgeving
Opdracht 2 en 6

Slide 6 - Tekstslide

Aan de slag!
5.4 opdrachten 1 t/m 7

Slide 7 - Tekstslide