H5.1 B2HV Beweging vastleggen

• Nask / Techniek
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Pak alvast: 

• Laptop (lessonUp)
• Schrift (aantekeningen) + pen
• Potlood + geodriehoek

Wat gaan we deze les doen?

1. Introductie: H5 Bewegen
2. Uitleg: H5.1 beweging vastleggen
3. Zelfstandig: Lees vaardigheid 2 en 13
4. Maak: Introductie
5. Maak: Opdracht 1 t/m 10

Bewegen?

Je kunt uitleggen op welke twee manieren je beweging kunt vastleggen

Hoe kunnen we een beweging vastleggen?

Je kunt uitleggen op welke twee manieren je beweging kunt vastleggen

Hoe kunnen we een beweging vastleggen?

Je kunt uitleggen op welke twee manieren je beweging kunt vastleggen

Hoe kunnen we een beweging vastleggen?

Je kunt uitleggen op welke twee manieren je beweging kunt vastleggen

Hoe kunnen we een beweging vastleggen?

Je kunt uitleggen op welke twee manieren je beweging kunt vastleggen

Hoe kunnen we een beweging vastleggen?

Je kunt uitleggen op welke twee manieren je beweging kunt vastleggen

Hoe kunnen we een beweging vastleggen?

Je kunt uitleggen op welke twee manieren je beweging kunt vastleggen

Hoe kunnen we een beweging vastleggen?

Je kunt uitleggen op welke twee manieren je beweging kunt vastleggen

Hoe kunnen we een beweging vastleggen?

Je kunt uitleggen op welke twee manieren je beweging kunt vastleggen

Hoe kunnen we een beweging vastleggen?

Door video:

• Veel videocamera’s maken opnames van dertig beelden per seconde
• De tijd tussen twee opeenvolgende beelden is dan 1/30 s (= 0,033 s = 33 ms). 

Je kunt uitleggen op welke twee manieren je beweging kunt vastleggen

Hoe kunnen we een beweging vastleggen?

Door een stroboscopische foto: 

• Zo’n foto maak je in een verduisterde ruimte, met als enige verlichting een stroboscooplamp. 
• Lamp die korte lichtflitsen geeft. 

..

'Stroboscopische foto op basis van een video-opname

Je kunt benoemen welke twee grootheden je moet weten om uit een video-opname/stroboscopische foto de gegevens voor een plaats-tijddiagram te halen

Welke gegevens heb je nodig om de snelheid van de bal te bepalen?

Welke gegevens heb je nodig om de snelheid van de bal te bepalen?

Je kunt een plaats-tijddiagram invullen

..

..

v=​t​​s​​

Je kunt op een plaats-tijddiagram of (x,t)-diagram bij een tijdstip de bijbehorende plaats aflezen en omgekeerd

Een (x,t)-diagram

Maak zelf een x-t diagram van de stroboscopische foto

Gebruik het assenstelsel zoals hiernaast 

Je kunt uitleggen wat afgelegde afstand is en welk punt het referentiepunt voor een beweging is

Afgelegde afstand

• In een plaats-tijddiagram of (x,t)-diagram kun je de afgelegde afstand s aflezen. 

Welke afstand heeft de bal afgelegd tussen t=0,0 s en t=1,0 s

1. 1,0 cm
2. 1,0 m
3. 0,5 cm
4. 10 cm

Je kunt uitleggen wat afgelegde afstand is en welk punt het referentiepunt voor een beweging is

Afgelegde afstand

• In een plaats-tijddiagram of (x,t)-diagram kun je de afgelegde afstand s aflezen. 
• Welke afstand heeft de bal afgelegd tussen het tijdstip t = 0,0 s en t = 1,0 s?

• 
  

Welke afstand heeft de bal afgelegd tussen t=1,0 s en t=1,5 s

1. 20,0 cm
2. 1,5 cm
3. 0,5 cm
4. 10 cm

Je kunt uitleggen wat afgelegde afstand is en welk punt het referentiepunt voor een beweging is

Afgelegde afstand

• In een plaats-tijddiagram of (x,t)-diagram kun je de afgelegde afstand s aflezen. 
• Welke afstand heeft de bal afgelegd tussen het tijdstip t = 1,0 s en t = 1,5 s?

• 20 cm – 10 cm = 10 cm afgelegd.
• Je noteert dan: s = 10 cm. 

Welke afstand heeft de bal afgelegd tussen t=1,0 s en t=2,5 s

1. 56 cm
2. 47 cm
3. 60 cm
4. 10 cm

Je kunt uitleggen wat afgelegde afstand is en welk punt het referentiepunt voor een beweging is

Afgelegde afstand

• In een plaats-tijddiagram of (x,t)-diagram kun je de afgelegde afstand s aflezen. 
• Welke afstand heeft de bal afgelegd tussen het tijdstip t = 1,0 s en t = 2,5 s?

• 57 cm – 10 cm = 47 cm afgelegd.
  
• Je noteert dan: s = 47 cm. 

Je kunt uitleggen wat afgelegde afstand is en welk punt het referentiepunt voor een beweging is

Afgelegde afstand

• In een plaats-tijddiagram of (x,t)-diagram kun je de afgelegde afstand s aflezen. 
• Welke afstand heeft de bal afgelegd tussen het tijdstip t = 1,5 s en t = 2,5 s?

•  58 cm – 20 cm =38 cm afgelegd. 
• Je noteert dan: s = 38 cm. 

Je kunt uitleggen wat afgelegde afstand is en welk punt het referentiepunt voor een beweging is

Afgelegde afstand

• In een plaats-tijddiagram of (x,t)-diagram kun je de afgelegde afstand s aflezen. 
• Tussen tijdstip t = 0 s en tijdstip t = 2,0 s is de afstand 37 cm. 
• Tussen het tijdstip t = 0,5 s en t = 1,0 s heeft de bal een afstand van 10 cm – 3 cm = 7 cm afgelegd. 
• Je noteert dan: s = 7 cm. 

Je kunt uitleggen hoe je een finishfoto maakt

Een finishfoto

Je kunt uitleggen hoe je een finishfoto maakt

Een finishfoto

• Voor de lens van die camera zit een scherm met een verticale spleet. 
• Door die spleet is een smalle strook van de baan te zien. 
• Als je één opname met de camera maakt, krijg je een smalle foto waar alleen de ‘finishstrook’ op staat.
  
• Een camera kan duizenden opnames per seconde maken. 
• Elke opname is maar één pixel breed. 
• Een finishfoto bestaat uit een hele serie van die opnames naast elkaar. 

..

..

..

..

..

..

Aan de slag

1. Zelfstandig: Lees vaardigheid 2 en 13
   
2. Maak: Introductie
3. Maak: Opdracht 1 t/m 10

HUISWERK

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.