rekenvaardigheid in de natuurkunde
1 / 19
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Het omrekenen van graden celsius naar kelvin......
A
is altijd x 273
B
is altijd + 273
C
is altijd : 273
D
is altijd - 273
Slide 3 - Quizvraag
Omrekenen!
100 Kelvin = ......... graden Celsius
100 Kelvin = ......... graden Celsius
A
-173 graden Celsius
B
-273 graden Celsius
C
0 graden Celsius
D
373 graden Celsius
Slide 4 - Quizvraag
Het stolpunt van kwik is -39 graden. Wat is het stolpunt van Kwik in Kelvin?
A
-234 K
B
-312 K
C
234 K
D
312 K
Slide 5 - Quizvraag
om km/h om te rekenen naar m/s doe je
A
gedeeld door 3,6
B
keer 3,6
C
gedeeld door 6,3
D
keer 6,3
Slide 6 - Quizvraag
Waardoor ontstaat de druk in een fietsband?
A
Doordat de band de moleculen op vaste plaatsen houdt.
B
Doordat de ruimte tussen de moleculen niet verder ingedrukt kan worden
C
Doordat er geen plaats meer is voor nog meer moleculen
D
Doordat er voortdurend moleculen tegen de binnenkant van de band aan botsen
Slide 7 - Quizvraag
P=F/A
Wat is de oppervlakte van een rechthoek 3 bij 7 cm
Wat is de oppervlakte van een rechthoek 3 bij 7 cm
A
3 cm2
B
7 cm2
C
14 cm2
D
21 cm2
Slide 8 - Quizvraag
P=F/A
Wat is de oppervlakte van een munt met een diameter van 3 cm
Wat is de oppervlakte van een munt met een diameter van 3 cm
A
3 cm2
B
7 cm2
C
14 cm2
D
21 cm2
Slide 9 - Quizvraag
P=F/A, Wat is de druk op een munt met een diameter van 3 cm
De kracht is 5N
De kracht is 5N
A
21 N/cm2
B
25 N/cm2
C
30 N/cm2
D
35 N/cm2
Slide 10 - Quizvraag
Slide 11 - Tekstslide
Een blokje met een grotere dichtheid dan water gaat ......... in water.
A
drijven
B
zweven
C
zinken
Slide 12 - Quizvraag
De eenheid van dichtheid is...
A
g/cm3
B
cm3/g
Slide 13 - Quizvraag
Is dichtheid een stofeigenschap?
A
Ja
B
Nee
Slide 14 - Quizvraag
Wat is GEEN stofeigenschap?
A
Temperatuur
B
Geur
C
Kleur
D
Dichtheid
Slide 15 - Quizvraag
Een stofeigenschap is de dichtheid.
Hoe groot is de dichtheid van de stof messing
Hoe groot is de dichtheid van de stof messing
A
7,87 g/ml
B
8,96 g/ml
C
8,90 g/ml
D
8,50 g/ml
Slide 16 - Quizvraag
Bereken de dichtheid.
Massa = 17 gram
Volume = 2 cm3
Massa = 17 gram
Volume = 2 cm3
A
7,87 g/cm3
B
8,96 g/cm3
C
8,90 g/cm3
D
8,50 g/cm3
Slide 17 - Quizvraag
Bereken de dichtheid.
Massa = 0,1 Kg
Volume = 0,013 Liter
Massa = 0,1 Kg
Volume = 0,013 Liter
A
7,87 g/ml
B
8,96 g/ml
C
8,90 g/ml
D
8,50 g/ml
Slide 18 - Quizvraag
Bereken het volume.
Dichtheid = 19,7 g/cm3
Massa = 0,1 Kg
Dichtheid = 19,7 g/cm3
Massa = 0,1 Kg
A
4,08 ml
B
5,08 ml
C
6,08 ml
D
7,08 ml
