Les 1: 'de brug' werkwoordspelling

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

• Telefoons in de telefoontas.
• Pak je boeken voor je.

Lezen

• Tijd: 10 minuten

Wat gaan we doen?

- Uitleg

- Feedback

- Zelfstandig werken

- Huiswerk

- Afsluiting

Lesdoelen

• Je weet wat het belang is van het op een juiste manier spellen van woorden.
• Je weet wat het verschil is tussen zwakke en sterke werkwoorden.
• Je kunt de persoonsvorm van zwakke en sterke werkwoorden op een juiste manier schrijven. 

Standaardtaal

Algemene Nederlandse Standaardtaal (ANS)

• Onderwijs, kranten, instanties, radio en tv.

• De standaardtaal is altijd 'in beweging'. 
• Wie bepaalt wat de standaardtaal is?

Het groene boekje

• Officiële spelling
• www.woordenlijst.org

Persoonsvorm

• De persoonsvorm (pv) is een werkwoord. 
• Vindproef: De zin van tijd veranderen.  

Voorbeeld

• Peter repareerde de auto van zijn buurman. (ovt)     

Vindproef: 

• Peter repareert de auto van zijn buurman. (ott)
• pv: repareerde 

Zwakke/sterke werkwoorden

• Zwakke werkwoorden:
• Veranderen in de verleden tijd niet van klank.
• (klappen-klapten, spelen-speelden, reizen/reisden)

• Sterke werkwoorden:
• Veranderen in de verleden tijd wel van klank.
• (Lopen-liepen, vinden-vonden, worden-werden)

Schema werkwoordspelling

• Opdracht 2

Feedback

• Is het interessant om te weten 'waarom' we woorden op een bepaalde manier spellen?
• Oefeningen uit het boek óf zelfbedachte oefeningen/projecten.

• Hebben jullie nog tips/ideeën voor de lessen?

Aan de slag

Wat: Opdracht 2 en 3 (blz. 258)

Hoe: Zelfstandig

Hulp: Kom vooraan bij het bureau zitten

Tijd: 10 minuten

Lesdoelen

• Je weet wat het belang is van het op een juiste manier spellen van woorden.
• Je weet wat het verschil is tussen zwakke en sterke werkwoorden.
• Je kunt de persoonsvorm van zwakke en sterke werkwoorden op een juiste manier schrijven. 

Huiswerk

- Leren: Theorie 'de brug' (blz. 257)

- Maken: Opdracht 2 en 3 (blz. 258)

- Meenemen: Een leesboek