I-Zone (3)

I-Zone (introductie)
“Een groep asielzoekers verzamelde zich bij het gemeentehuis.”

“Een groep vluchtelingen verzamelde zich bij het gemeentehuis.”

“Een groep gelukzoekers verzamelde zich bij het gemeentehuis.”
Welk gevoel roept ieder fragment op?
1 / 9
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 9 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 55 min

Onderdelen in deze les

I-Zone (introductie)
“Een groep asielzoekers verzamelde zich bij het gemeentehuis.”

“Een groep vluchtelingen verzamelde zich bij het gemeentehuis.”

“Een groep gelukzoekers verzamelde zich bij het gemeentehuis.”
Welk gevoel roept ieder fragment op?

Slide 1 - Tekstslide

Vorige keer

Slide 2 - Tekstslide

Taal beïnvloedt ons denken en onze kijk op de wereld. De woordkeuze kleurt ook onze maatschappij en het publieke debat.
Door specifieke woordkeuzes, beelden en context kunnen verhalen en boodschappen anders overkomen. Kleine taalverschillen kunnen grote invloed hebben op emoties, meningen en gedrag.
In deze lessenserie leer je de kleur van taal herkennen én toepassen, zodat je bewust kunt omgaan met taal en invloed kunt uitoefenen op anderen.

Slide 3 - Tekstslide

Lees de tekst en verwoord het gevoel dat de tekst oproept bij jou als lezer.

Met welke woorden stuurt de schrijver jouw gevoel?

[A] Gisteravond verzamelde zich een groep relschoppers op het Marktplein. Volgens getuigen riepen zij leuzen en staken zij vuurwerk af. De politie was massaal aanwezig en hield de situatie scherp in de gaten.

[B] Gisteravond kwamen tientallen demonstranten samen op het Marktplein. Zij protesteerden vreedzaam tegen nieuwe regelgeving. De politie was aanwezig om het protest in goede banen te leiden.
De kleur van een tekst herkennen

Slide 4 - Tekstslide

Taal is zelden neutraal

Activator van de betekenis die we aan woorden geven.

Relschopper: geweld, chaos, dreiging
Demonstrant: idealisme, strijd voor een betere wereld, moed
Hoe werkt dit in het brein?

Slide 5 - Tekstslide

Frames activeren netwerken

Woorden roepen woorden op in het brein: priming. Dit wordt gevoed door opvoeding, persoonlijke ervaringen, cultuur en media.

Veiligheid: orde, bescherming, dreiging
Vrijheid: keuze, ruimte, individu
Hoe werkt dit in het brein?

Slide 6 - Tekstslide

Taal is de onzichtbare beïnvloeder

Framing bepaalt welke werkelijkheid jij bewust opneemt.

Asielstroom: negatief, oncontroleerbaar, bedreigend.
Opvang van mensen in nood: solidariteit, samen, positief.
Hoe werkt dit in het brein?

Slide 7 - Tekstslide

Stap 1
Schrijf een kort, neutraal en feitelijk nieuwsbericht van enkele zinnen waarin duidelijk is:

Wie betreft het? Jongeren in het centrum
Wat is er gebeurd?
Wanneer is het gebeurd? Vrijdagavond
Waar? Centrum van Heerenveen
Hoe is het gebeurd?
Waarom is het gebeurd?
Oefenen met schrijven.

Slide 8 - Tekstslide

Stap 2 Bewust framing inzetten. Herschrijf je tekst met kleur vanuit een perspectief:

  • Als journalist van een buurtkrant met zorgen over overlast
  • Als medewerker van een jongerenorganisatie
  • Als politieagent die ter plaatse kwam
  • Als een vriend van de jongeren
  • Als eigenaar van de winkel waar de jongeren zich ophielden.
Oefenen met schrijven.

Slide 9 - Tekstslide