SO2 PA Oefenen A1

SO2 PA Oefenen
- woordenschat E en F
- Phrases-clés G
- de lidwoorden

1 / 35
next
Slide 1: Slide
FransEnseignement Secondairel'âge 12

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

SO2 PA Oefenen
- woordenschat E en F
- Phrases-clés G
- de lidwoorden

Slide 1 - Slide

SO
A) Vertaal in het Frans (6 punten)
B) Kies tussen le/la en les (4 punten)
C) een vraag over grammatica (1 punt)
D) Kies tussen un, une, des (6 punten)
E) Zet de woorden in het meervoud (5 punten)
F) Vertaal in het Nederlands (5 punten)

Slide 2 - Slide

Wordenschat
E en F

Slide 3 - Slide

Woordenschat
Vertaal in NL

Slide 4 - Slide

Quel est ton numéro de téléphone?
A
Waar is je telefoon?
B
Wat is je telefoonnummer?
C
Ik heb geen telefoon.
D
Welke telefoon heb jij?

Slide 5 - Quiz

J'ai treize ans.
A
ik ben 13 jaar.
B
ik ben 30 jaar.
C
ik ben 3 jaar
D
ik ben 12 jaar.

Slide 6 - Quiz

J'ai un frère.
A
ik heb een zus.
B
ik heb een oom.
C
ik heb een broer.
D
ik heb een vader.

Slide 7 - Quiz

Au revoir !
A
tot zo
B
tot later
C
tot ziens
D
tot morgen

Slide 8 - Quiz

Tu as quel âge?
A
Hoe heet jij?
B
Waar ben jij?
C
Hoe lang ben jij?
D
Hoe oud ben jij?

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Video

De lidwoorden
Vervang un, une of des met le/la of les

Slide 11 - Slide

............. cousine
A
l'
B
la
C
les
D
le

Slide 12 - Quiz

un problème wordt .............. problème.
A
le
B
les
C
la
D
l'

Slide 13 - Quiz

des cousins wordt ............... cousins
Kies tussen le, la, les of l'

Slide 14 - Open question

un pays wordt ................. pays

Slide 15 - Open question

De lidwoorden
Kies tussen un, une, des

Slide 16 - Slide

.......... cousine
A
un
B
des
C
D
une

Slide 17 - Quiz

........ cousin
A
B
une
C
un
D
des

Slide 18 - Quiz

C'est ............ famille sympa.

Slide 19 - Open question

J'ai ........... frères.

Slide 20 - Open question

............ message
A
des
B
une
C
un

Slide 21 - Quiz

des
une
un
mer
problème
messages

Slide 22 - Drag question

de lidwoorden
Zet de woorden in het meervoud

Slide 23 - Slide

la cousine wordt...........
A
la cousines
B
les cousine
C
les cousines
D
le cousines

Slide 24 - Quiz

le portable wordt .................
A
les portables
B
la portables
C
les portable
D
le portables

Slide 25 - Quiz

Zet "la famille" in het meervoud

Slide 26 - Open question

Zet "la soeur" in het meervoud.

Slide 27 - Open question

Woordenschat
Kies het juiste woord

Slide 28 - Slide

la ..................... d'Émilie s'appelle Annabelle.
A
père
B
cousin
C
cousine
D
petit

Slide 29 - Quiz

j'......... treize ans. !!!
A
souvent
B
suis
C
ici
D
ai

Slide 30 - Quiz

vreemd
bijna
samen
helpen
het land
aider
ensemble
presque
le pays
bizarre

Slide 31 - Drag question

Vertaal het woord "quelque chose"

Slide 32 - Open question

Vertaal het woord "mais"

Slide 33 - Open question

Let op !
Laatste vraag

Slide 34 - Slide

Vertaal in het Frans het woord "wij zijn dol op"

Slide 35 - Open question