Hst 2 Duitsland Bevolking en Ruimte

Duitsland hst 5

Bevolkingsgroei in Duitsland
1 / 52
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 52 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Duitsland hst 5

Bevolkingsgroei in Duitsland

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Hoeveel inwoners had Duitsland in 2016?
A
69 miljoen
B
67 miljoen
C
82 miljoen
D
89 miljoen

Slide 3 - Quiz

Bijzondere bevolkingsopbouw
Natuurlijke bevolkingsgroei: vanaf 1972 al sterfteoverschot!

Toch groei van bevolking

Sociale bevolkingsgroei:
Duitsland trekt heel veel migranten

Slide 4 - Slide

De komst van honderdduizenden vluchtelingen heeft voor Duitsland positieve gevolgen en negatieve gevolgen.

 Geef eerst een positief demografisch gevolg van de komst van honderdduizenden vluchtelingen.

Slide 5 - Open question

De komst van honderdduizenden vluchtelingen heeft voor Duitsland positieve gevolgen en negatieve gevolgen.

 Geef ook een negatief demografisch gevolg van de komst van honderdduizenden vluchtelingen.

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Slide

Natuurlijke bevolkingsgroei betekent
A
Dat er meer mensen migreren dan immigreren
B
Dat er meer mensen sterven dan immigreren
C
Dat er meer mensen sterven dan er geboren worden
D
Dat er meer mensen geboren worden dan dat er sterven

Slide 8 - Quiz

Op welke 2 manieren groeit een bevolking?
A
geboortecijfer-sterftecijfer
B
immigratie- emigratie
C
natuurlijke bevolkingsgroei- sociale bevolkingsgroei
D
natuurlijke bevolkingsgroei + sociale bevolkingsgroei

Slide 9 - Quiz

Wat valt het meest op aan de sociale bevolkingsgroei tussen 1950 en 2010?

Slide 10 - Open question

3 groepen migranten

Slide 11 - Slide

Migranten Duitsland?

Slide 12 - Mind map

groep 1
Na WO II moesten veel Duitsers noodgedwongen verhuizen. Het waren de zogenaamde Volksduitsers. 

Duitsland moest weer grondgebied afstaan aan Rusland

Slide 13 - Slide

groep 2
Net als in NL kwamen na 1960 veel gastarbeiders. 

Met name uit  Turkije en later Polen.

Slide 14 - Slide

groep 3
Na 1990 komen veel vluchtelingen. Grotendeels economische vluchtelingen vanaf 1990 door de wetten politieke vluchtelingen. 

Denk nu ook aan Syrië & Oekraïne.

Slide 15 - Slide

Ook Duitsland heeft veel last van de vergrijzing. Noem een oorzaak.

Slide 16 - Open question

Tussen Duitsland en Nederland wel 1 groot verschil!

Slide 17 - Slide

Na 1945 was Duitsland verwoest en arm. Babyboom was er (nog) niet!
NL vierde feest en kreeg een babyboom / geboortegolf.

Slide 18 - Slide

De babyboom kwam in Duitsland pas later op gang. Na 1950 toen het weer beter ging met Duitsland kwam de eerste geboortegolf. Deze babyboomers zijn dus iets jonger dan de NL babyboomers. 

Echter duurt niet lang door de pil, werkende vrouwen etc vanaf jaren 60

Slide 19 - Slide

Demografische transitie
Demografische = wetenschap over bevolking, bijv aantal jongens, meisjes, mensen, migranten

transitie = overgang

Slide 20 - Slide

Het bevolkingsaantal verandert in 5 fasen. 

Slide 21 - Slide

Vaak is fase 1 een arm land, in fase 5 is het land rijk geworden

Slide 22 - Slide

fase 1 = 
Hoge geboortecijfers
& hoge sterftecijfers 

Slide 23 - Slide

fase 2 = 
Hoge geboortecijfers
& lage sterftecijfers 
In deze fase groeit het land het hardst

Slide 24 - Slide

fase 3 = 
Lagere geboortecijfers
& lage sterftecijfers 
In deze fase groeit het land wel nog maar minder snel

Slide 25 - Slide

fase 4 = 
Lagere geboortecijfers
& lage sterftecijfers 
In deze fase een kleine groei 

Slide 26 - Slide

fase 5 = 
lage geboortecijfers
& hoge sterftecijfers 
In deze fase ontstaat een sterfteoverschot
 

Slide 27 - Slide

Waardoor fase 5?
Levensverwachting is sterk toegenomen. We worden steeds ouder. Een meisje in 2009 geboren wordt nu gemiddeld 82.6 jaar (jongens 77,4 jaar) 

Slide 28 - Slide

Afname natuurlijke bevolking
In Duitsland zal de bevolking sterk afnemen met 10.000.000 mensen!

De bevolkingspiramide zal breed zijn aan de top (vergrijzing)  en smal in de basis (ontgroening)

Slide 29 - Slide

2.2 Duitsland: verschillen tussen regio's

Slide 30 - Slide

West Duitsland: groei
kapitalistisch, VS Bondgenoot
Oost Duitsland: vertrekoverschot, communistisch

Slide 31 - Slide

DDR
A
Westen
B
Oosten

Slide 32 - Quiz

grote verschillen
tussen 
West (BRD)
en Oost 
(DDR)

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Video

Wat is het verschil tussen de Berlijnse Muur en IJzeren gordijn

Slide 35 - Open question

In welk jaar valt de Berlijnse muur (en het communisme)
A
1956
B
1963
C
1975
D
1989

Slide 36 - Quiz

Krimp in Oost Duitsland
Na 1989 Duitsland wordt 1. Maar grote verschillen. 
Westen was rijk en modern, Oosten was vervallen en arm. Grote vertrekken (jonge mensen) uit Oost naar West

Slide 37 - Slide

Afstotingsfactoren
Oost Duitsland?

Slide 38 - Mind map

2.3 Verstedelijking van Duitsland
Frankfurt am Main

Slide 39 - Slide

Wat zijn stedelijke gebieden?
A
Agglomeraties en steden die dicht bij elkaar liggen
B
Enorm grote agglomeratie
C
Oudste deel van een stad.
D
gebied rondom een stad met allerlei stedelijke gebieden

Slide 40 - Quiz

Stedelijke gebieden
Elk stedelijk gebied eigen specialisaties 
  • Bijv. Ruhrgebied veel industrie
  • Hamburg, Bremen zeehaven
  • Stuttgart en München hightechsteden

Slide 41 - Slide

In Oost Duitsland en een deel van Berlijn vertrokken jonge gezinnen en mensen met werk en inkomen. 

Arme, werkloze en buitenlandse migranten blijven achter. 

Slide 42 - Slide

Welk probleem ontstaat niet als vooral jonge gezinnen en mensen met werk vertrekken?
A
vergrijzing
B
integratie
C
verpaupering van wijken
D
segregatie

Slide 43 - Quiz

belangrijke begrippen
*Segregatie = scheiden
*Sociale ongelijkheid 
(verschillen tussen werk, welvaart en inkomen)

*Integratie

Slide 44 - Slide

Integratie of segregratie?
A
Integratie
B
Segregratie

Slide 45 - Quiz

Integratie of segregatie
A
Integratie
B
Segregatie

Slide 46 - Quiz

2.4 het Ruhrgebied

Slide 47 - Slide

Slide 48 - Map

Ruhrgebied vroeger

Slide 49 - Slide

Slide 50 - Video

Overeenkomsten:


Ruhrgebied (D) & Randstad (nl)

aantal inwoners, 
infrastructuur
woonkwaliteiten
voorzieningen
Verschillen




Bevolking in Ruhrgebied neemt af en veel mensen werken relatief in industrie

Slide 51 - Slide

Geef eerst aan of dit bord in 1950 of in 2015 langs de snelweg in
Duitsland stond. Geef vervolgens een argument voor je keuze met
behulp van bron 32.

Slide 52 - Open question