Maw H13+14

Hoofdstuk 13 en 14
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 13 en 14

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 13

Slide 2 - Tekstslide

Sociale ongelijkheid
Kernconcept: is een situatie waarin verschillen tussen mensen in al dan niet aangeboren kenmerken, consequenties hebben voor hun maatschappelijke positie en leiden tot een ongelijke verdeling van van schaarse en hooggewaardeerde zaken, van waarderingen en behandelingen.  

Ongelijkheid wordt gemaakt op drie terreinen: 
- Ongelijke verdeling van bezit
- Ongelijke verdeling van status
- Ongelijke verdeling van macht


Slide 3 - Tekstslide

De mogelijkheid om in de maatschappij van positie te veranderen: sociale mobiliteit: 
- Open samenleving: positieverwerving (= eigen bijdrage)
- Gesloten samenleving: positietoewijzing (= vanaf geboorte  
    vast) 

Sociale ongelijkheid wordt vaak gekoppeld aan de plek die iemand inneemt ten op zichtte van andere in de samenleving: maatschappelijke positie.


De mogelijkheid om in de maatschappij van positie te veranderen: sociale mobiliteit: 
- Open samenleving: positieverwerving (= eigen bijdrage)
- Gesloten samenleving: positietoewijzing (= heb jezelf geen  
   invloed op)


Slide 4 - Tekstslide

Werk is een belangrijk onderdeel van je maatschappelijke positie, want zonder werk heb je een kwetsbaardere positie --> sociale uitsluiting: 
- Beperkte sociale en politiek participatie
- Beperkte normatieve integratie
- Niet goed kunnen voorzien in elementaire levensbehoeften.
- Een tekort aan materiële goederen
- Gering toegang tot sociale grondrechten
Werk is een belangrijk onderdeel van je maatschappelijke positie, want zonder werk heb je een kwetsbaardere positie --> sociale uitsluiting: 


- Beperkte sociale en politiek participatie
- Beperkte normatieve integratie
- Niet goed kunnen voorzien in elementaire levensbehoeften.
- Een tekort aan materiële goederen
- Gering toegang tot sociale grondrechten

Slide 5 - Tekstslide

Maatschappelijke positie hangt af van:
Maakt uit wie jou ouders zijn, zij vormen je als socialisator 

Gevolgen op macro niveau: 

Slide 6 - Tekstslide

Gevolgen sociale ongelijkheid op macroniveau: 
Door sociale ongelijkheid kunnen er conflicten ontstaan 
           uit zich vaak eerst in protesten en botsingen. 

Manier van omgaan met conflicten ligt aan de cultuur: 
- Harmoniemodel 
- Conflictmodel 

Slide 7 - Tekstslide

Gevolgen van maatschappelijke en politieke conflicten :

Slide 8 - Open vraag

Ontwikkelingen in de 21ste eeuw
1. Europeanisering en globalisering
2. Informatisering en digitalisering
3. Veranderde man-vrouwverhouding
4. Stijging opleidingsniveau
5. Ontwikkeling naar postindustriële samenleving



Slide 9 - Tekstslide

Visies over de politieke participatie
Instrumentele visie:
Ontwikkelingsvisie
 Participatie als middel om besluiten
te kunnen nemen
 



Participatie is veel meer als een doel.

Slide 10 - Sleepvraag

Overheidsinstrumenten:
1. Sociale zekerheidsbeleid
2. Actief arbeidsmarktbeleid
3. Inkomensverdelingsbeleid
4. Onderwijsbeleid
5. Wijkgericht achterstandsbeleid





Slide 11 - Tekstslide

timer
10:00

Slide 12 - Tekstslide

Leg voor ieder voorbeeld (a en b) uit of er sprake is van positietoewijzing of positieverwerving.

Slide 13 - Open vraag

Hoofdstuk 14

Slide 14 - Tekstslide

gevoelens van veiligheid en onveiligheid hebben te maken met bedreigingen 
bedreigingen zijn in 3 categorieen onderverdeeld, waarvan 2 het gevolg zijn van menselijke handelingen.

- bedreiging van natuurlijke aard 
- bedreiging van technolgische aard 
- bedreiging van sociale aard 

Slide 15 - Tekstslide

Risicomaatschappij 

- Als wij ons afvragen wie er verantwoordelijk is kijken wij al snel naar de overheid -> cultuur 
- onduidelijk over wie verantwoordelijk is komt door de moderne samenleving als risicomaatschappij 

Als bedrijven of burgers verwachten dat de politie iets aan de dreiging doet, maar zij doen dat niet kan dat gevolgen hebben voor het gezag van de overheid. 

Slide 16 - Tekstslide

subjectief of opjectief 

- subjectief : het gevoel van dreiging van onveiligheid 
- objectief : het aantal misdrijven, ongevallen en de kans op rampen 

Slide 17 - Tekstslide

Rol media
Twee theorieën over rol van media:
- Selectiviteit hypothese: mensen die van mening zijn dat er   veel criminaliteit is lezen vaker over criminaliteit.

- Cultivatie Hypothese: het beeld van de werkelijkheid wordt       beïnvloed als mensen veel kijken of lezen over een onderwerp.

Slide 18 - Tekstslide

maatschappelijke ontwikkelingen heeft invloed op de hoeveelheid criminaliteit   
hoeveelheid welvaart ---> hoeveelheid criminaliteit

de sociale controle is afgenomen door democratisering en individualisering 
hoeveelheid sociale controle --> hoeveelheid criminaliteit 

Slide 19 - Tekstslide

moderne school

Slide 20 - Woordweb

klassieke school

Slide 21 - Woordweb

Slide 22 - Video

Doelen straffen 

vergelding 
afschrikking 
resocialisatie 
bescherming van de samenleving 

Slide 23 - Tekstslide

veiligheid is een maatschappelijk maar ook een politiek vraagstuk 


veiligheidsutopie 
rechtshandhaving 
rechtsbescherming 

Slide 24 - Tekstslide

om te criminaliteit te bestrijden en de veiligheid te vergroten is er een zogenaamd tweesporenbeleid 

preventie 
repressie 

Slide 25 - Tekstslide

Maak opgave 7 en gebruik tekst 3

https://havovwo.nl/havo/hma/bestanden/hma21iiopg2.pdf  
Examen opgave 2
timer
10:00

Slide 26 - Tekstslide

Beredeneer of geïnformeerde burgers het eens zullen zijn met de uitgangspunten van de klassieke school of met die van de moderne school. Geef daarbij ook aan waarom zij het niet met de uitgangspunten van de andere school eens zullen zijn. Gebruik in je redenering:
 een omschrijving van het begrip daadrecht;
 een omschrijving van het begrip daderrecht.

Slide 27 - Open vraag

Slide 28 - Tekstslide