6. Het hormoonstelsel

Terugblik
Wat weet je nog van de vorige paragraaf? 
Er komen een paar vragen aan...
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Terugblik
Wat weet je nog van de vorige paragraaf? 
Er komen een paar vragen aan...

Slide 1 - Tekstslide

Is dit een bewuste reactie
of een reflex?
A
Bewuste reactie
B
Reflex

Slide 2 - Quizvraag

Is dit een bewuste reactie
of een reflex?
A
Bewuste reactie
B
Reflex

Slide 3 - Quizvraag

Is dit een bewuste reactie
of een reflex?
A
Bewuste reactie
B
Reflex

Slide 4 - Quizvraag

Op welke plek wordt een bewuste reactie verwerkt?
A
Ruggenmerg
B
Grote hersenen
C
Hersenstam
D
Zenuwen

Slide 5 - Quizvraag

Verlopen de impulsen van een reflex via de schakelcellen in de grote hersenen?
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quizvraag

Tijdens een reflex worden de impulsen via gevoelszenuwcellen naar schakelcellen in je ruggenmerg geleid. De schakelcellen geleiden de impulsen direct door naar de bewegingszenuwcellen.
A
juist
B
onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Je stoot je teen aan de tafelpoot. Hierdoor trek je jouw voet automatisch terug.
Welke weg leggen de impulsen af om ervoor te zorgen dat je automatisch je voet terugtrekt?
A
De impulsen worden direct naar de hersenen gestuurd.
B
De impulsen worden via schakelcellen naar de hersenen gestuurd.
C
De impulsen worden direct naar de beenspieren gestuurd.
D
De impulsen worden via schakelcellen naar de beenspieren gestuurd.

Slide 8 - Quizvraag

Het hormoonstelsel

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Doelen
  • Je beschrijft de bouw en functie van het hormoonstelsel. 
  • Je benoemt in een afbeelding de belangrijkste hormoonklieren.
  • Je beschrijft de werking van hormonen uit de hypofyse en uit de schildklier.
  • Je beschrijft de werking van hormonen uit de eilandjes van Langerhans en uit de bijnieren. 

Slide 11 - Tekstslide

Klieren

Slide 12 - Tekstslide

Klier

Een klier is een orgaan dat een stof produceert en afgeeft. Het heeft een afvoerbuis. 

- Speekselklier
- Traanklier 

Slide 13 - Tekstslide

Hormoonklier
Hormoonklieren produceren hormonen en geven deze af aan het bloed dat door de klier loopt. 

* Een hormoonklier heeft geen afvoerbuis. 

Slide 14 - Tekstslide

Hormoonklieren
Hormonen regelen langzame, langdurige processen:
  • Groei
  • Ontwikkeling
  • Stofwisseling  
  • Voortplanting

Slide 15 - Tekstslide

Hormoonstelsel
* Alle hormoonklieren samen is het hormoonstelsel.

Hormonen regelen langzame, langdurige processen:
  • Groei
  • Ontwikkeling
  • Stofwisseling  
  • Voortplanting

Slide 16 - Tekstslide

Hormonen?
Wat is een hormoon?




Een hormoon:
Is een stof die de werking van bepaalde organen regelt. 

Slide 17 - Tekstslide

Hormonen
  • Hormoonklieren maken hormonen.
  • Hormonen komen in het bloed.
  • Via het bloed komen ze bij alle organen van het lichaam.
  • Sommige organen zijn gevoelig voor hormonen, anderen niet.

Slide 18 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen een hormoonklier en een zweetklier?
A
De hormoonklier heeft een afvoerbuis en de zweetklier niet
B
De hormoonklier heeft geen afvoerbuis en de zweetklier wel
C
Er is geen verschil, het zijn beide klieren

Slide 19 - Quizvraag

Wat doen hormoonklieren?
A
produceren van hormonen, die worden afgeven aan het bloed
B
maakt bloed aan
C
zorgen dat je ongesteld word
D
zorgt voor soepele spieren

Slide 20 - Quizvraag

Hypofyse
  1. De hypofyse is een hormoonklier in de hersenen.
  2. Het maakt het groeihormoon (en deze regelen de groei van je botten).
  3. De hypofyse beïnvloedt andere hormoonklieren (zoals de geslachtsorganen).

Slide 21 - Tekstslide

9.1 
De werking van hormonen uit de hypofyse.

Slide 22 - Tekstslide

De hypofyse produceert
A
Testosteron
B
Oestrogenen
C
Hormonen die werking van allerlei organen regelen
D
Zaadcellen en Eicellen

Slide 23 - Quizvraag

De hypofyse is een...
A
Hormoonklier in de hersenen
B
Hormoonklier in de bijnieren
C
Hormoonklier bij de schildklier
D
Hormoonklier bij de alvleesklier

Slide 24 - Quizvraag

Schildklier
  • De schildklier maakt schildklierhormoon.
  • Schildklierhormoon regelt verbranding in de cellen.
  • Te weinig schildklierhormoon: Je bent koud en moe en wordt dikker.
  • Te veel schildklierhormoon: Je hebt het warm, bent bewegelijk, valt af.

Slide 25 - Tekstslide

Waar ligt de schildklier?
A
in de hals bij het strottenhoofd
B
in de buikholte, bovenop de nieren
C
in de hersenen ter hoogte van je slaap
D
ter hoogte van je navel aan de voorkant van je buik

Slide 26 - Quizvraag

De schildklier regelt niet
A
stofwisseling
B
groei
C
spierkracht
D
ontwikkeling

Slide 27 - Quizvraag

De eilandjes van Langerhans

Slide 28 - Tekstslide

De eilandjes van Langerhans
- Groepjes cellen in de alvleesklier.
- Produceren de hormonen insuline en glucagon.
- Houden het glucosegehalte van het bloed constant. 
- Reageren op te hoog glucosegehalte (glycogeen).
- Reageren op te laag glucosegehalte (glucagon).

Slide 29 - Tekstslide

Welke hormonen worden geproduceerd door de eilandjes van langerhans?
A
Insuline en glucagon
B
Oestrogeen
C
Testosteron
D
Insuline en glucose

Slide 30 - Quizvraag

In welk orgaan liggen de eilandjes van Langerhans?
A
Schildklier
B
Lever
C
Alvleesklier
D
Bijnieren

Slide 31 - Quizvraag

Diabetes
Ziekte waarbij 
  • je lichaam te weinig insuline maakt (type 1) = eilandjes.
  • Je lichaam niet goed reageert op insuline (type 2) = levensstijl

Slide 32 - Tekstslide

De bijnier
  • De bijnier ligt boven de nier
  • De bijnier maakt adrenaline
  • Adrenaline = paniekhormoon
Zorgt voor:
=> snellere hartslag
=> snellere ademhaling
=> meer verbranding
* Je kunt snel handelen in spannende situaties. 

Slide 33 - Tekstslide

Eilandjes van Langerhans

Slide 34 - Tekstslide

Joepie!!
Een quizje!!

Slide 35 - Tekstslide


Wat is de functie van hormonen?
A
Hormonen verwerken de impulsen die afkomstig zijn van spiercellen
B
Hormonen zorgen voor het voedsel van het hormoonstelsel
C
Hormonen zorgen voor snelle reacties op prikkels
D
Hormonen regelen de werking van weefsels en organen die er gevoelig voor zijn.

Slide 36 - Quizvraag

Adrenaline wordt gemaakt in
A
alvleesklier
B
schildklier
C
hypofyse
D
bijnieren

Slide 37 - Quizvraag

Welke hormoonklier is dit?
A
kleine hersenen
B
eilandjes van langerhands
C
hypofyse
D
schildklier

Slide 38 - Quizvraag

HORMOONSTELSEL
ZENUWSTELSEL
snel
langzaam
impulsen
via bloed
kort
langdurig
via zenuwen
hormonen

Slide 39 - Sleepvraag

Sleep de juiste naam bij de juiste afbeelding.
Hormoonklier
Traanklier

Slide 40 - Sleepvraag

Hormoonstelsel
Hypofyse
Eilandjes van langerhans
Teelballen
Eierstokken
Schildklier
Bijnieren

Slide 41 - Sleepvraag

Zenuwstelsel
Hormoonstelsel
werkt snel
kortdurend
werkt niet snel
langdurend
zenuwen
bloed

Slide 42 - Sleepvraag

Cellen in de alvleesklier 
die hormonen maken
Stoffen in het bloed die de werking van bepaalde organen regelen
Hormoon dat in de 
bijnieren wordt gemaakt
Klieren die adrenaline maken
Orgaanstelsel in het lichaam dat uit een aantal hormoonklieren bestaat
eilandjes van 
Langerhans
hormonen
adrenaline
hormoonstelsel
bijnieren

Slide 43 - Sleepvraag

Doelen
  • Je beschrijft de bouw en functie van het hormoonstelsel. 
  • Je benoemt in een afbeelding de belangrijkste hormoonklieren.
  • Je beschrijft de werking van hormonen uit de hypofyse en uit de schildklier.
  • Je beschrijft de werking van hormonen uit de eilandjes van Langerhans en uit de bijnieren. 

Slide 44 - Tekstslide

Aan het werk

Slide 45 - Tekstslide