lezen h3: inleiding, slot en hoofdgedachte

Welkom!

  1. Ga rustig zitten
  2. iPad gesloten op tafel
  3. Wacht rustig tot ik start
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Welkom!

  1. Ga rustig zitten
  2. iPad gesloten op tafel
  3. Wacht rustig tot ik start

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je over het
onderwerp van de tekst?

Slide 2 - Woordweb

Het onderwerp van een tekst
  • Iedere tekst gaat ergens over.
  • Als je het onderwerp van een tekst wilt weten, stel je jezelf de vraag: Waar gaat deze tekst over?
  • Het onderwerp schrijf je zo kort en precies mogelijk op. 
  • Je antwoord bestaat uit één of enkele woorden (geen hele zin met werkwoorden)

Slide 3 - Tekstslide

Wat weet je over
deelonderwerpen?

Slide 4 - Woordweb

Een tekst kan je verdelen in: - Inleiding
                                                      - Middenstuk
                                                      - Slot

In het middenstuk worden aspecten (delen, kanten) van het onderwerp besproken. Dit noemen we deelonderwerpen.
Deelonderwerp bestaat soms uit één, soms uit meerdere alinea's.  Bij meerdere alinea's maken ze ook wel gebruik van tussenkopjes.

Slide 5 - Tekstslide

                    Hoe vind je deelonderwerpen?
- Ga na welke alinea's over hetzelfde aspect gaat
  Dit doe je door globaal te lezen: lees eerste en laatste
  zinnen van alle alinea's.

- Als je iets wilt opzoeken, lees je zoekend: Tussenkopjes
  lezen, let op opvallende tekens, gedrukte woorden etc.

Bij oriënterend lezen lees je ook de eerste alinea. Dit doe je niet bij zoekend lezen.

Slide 6 - Tekstslide

Hoofdstuk 3
leerdoel: Ik weet dat een tekst bestaat uit
                 Inleiding, middenstuk en slot.

                Ik weet wat de hoofdgedachte van een tekst is
                en ik kan hem op de juiste manier opschrijven.
       
                Ik weet het verschil tussen hoofdgedachte en
                onderwerp van een tekst.

Slide 7 - Tekstslide

Wat weet jij over de inleiding
van een tekst?

Slide 8 - Woordweb


     Inleiding van een tekst:

- wordt het onderwerp geïntroduceerd.
- introduceren doen ze d.m.v. een anekdote (kort
   grappig verhaaltje) of de situatie schetsen.
- de lezer wordt in de inleiding nieuwsgierig gemaakt.

Slide 9 - Tekstslide

Wat lees je in de
slotalinea van een tekst?

Slide 10 - Woordweb

                                Slotalinea lees je:

- een conclusie of korte samenvatting
- wordt naar de toekomst gekeken.
- komt weer terug op de inleiding, zo krijg je een mooi
  rond verhaal
- geeft antwoord op de vraag die in de inleiding stond


Slide 11 - Tekstslide

Hoofdgedachte van een tekst vinden we altijd moeilijk te benoemen.

1. Zoek altijd eerst naar het onderwerp van de tekst.
2. Benoem in 1 zin wat in de tekst gezegd wordt over
    het onderwerp.
3. Hoofdgedachte vind je in de inleiding of in het slot.
4. Soms moet je de hoofdgedachte zelf formuleren.
De zin geeft antwoord op de vraag: Wat is het belangrijkste wat in de tekst over het ow wordt gezegd?

Slide 12 - Tekstslide

Aan de slag! 
Maak H3 lezen opdracht 1, 2 en 4
> Formuleer je antwoord juist!
> Neem de tijd

Klaar?
Maak de opdrachten van woordenschat hoofdstuk 1 en 2 verder af. Deze moeten vrijdag af zijn!

Slide 13 - Tekstslide