H13.4 sociale ongelijkheid op macro niveau

H13.4 sociale ongelijkheid op macroniveau
krijg je deze kloof gedicht?
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H13.4 sociale ongelijkheid op macroniveau
krijg je deze kloof gedicht?

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vier soorten sociale ongelijkheid
Sociale ongelijkheid ontstaat bij een ongelijke verdeling van hulpbronnen:
1. economische hulpbronnen; geld en bezit
2. sociale hulpbronnen;  contacten met mensen
3. symbolische hulpbronnen; status en aanzien
4. politieke hulpbronnen; macht en gezag

Slide 2 - Tekstslide

pagina 49
Sociale mobiliteit
Positietoewijzing:
door maatschappelijke oorzaken komt een persoon of groep op een bepaalde plek terecht.
Positieverwerving:
mensen verwerven hun maatschappelijke positie door eigen toedoen, door hun acties. 
In gesloten samenlevingen is er nauwelijks sprake van sociale mobiliteit. 
In een open samenleving hebben mensen meer kansen om sociaal mobiel te zijn.

Slide 3 - Tekstslide

pagina 50
Iris gaat als eerste van haar familie naar de universiteit. Is hier sprake van sociale mobiliteit?
Iris gaat als eerste van haar familie naar de universiteit. Is hier sprake van sociale mobiliteit?
A
Nee, het gaat hier niet om sociale mobiliteit
B
Ja, via het proces van positietoewijzing
C
Ja, via het proces van positieverwerving
D
Ja, zowel via het proces van positietoewijzing als van positieverwerving

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

3 soorten kapitaal
Kansen worden groter wanneer iemand kapitaal heeft. Er zijn drie soorten:
  • economisch kapitaal; (financieel) bezit of hoog inkomen
  • sociaal kapitaal; connecties, netwerken, etc.
  • cultureel kapitaal; culturele competenties, kennis, houdingen, opvattingen en smaak die passen bij hoge sociale posities

Slide 5 - Tekstslide

pagina 51
Hoe heet de institutie die zorgt voor minder sociale ongelijkheid?
Hoe heet de institutie die zorgt voor minder sociale ongelijkheid?

Slide 6 - Open vraag

p. 51
De verzorgingsstaat
Collectieve en private goederen
Collectieve goederen

Deze goederen zijn non-exclusief:
iedereen mag ervan meegenieten.
vb: schoon water
Private goederen

Deze goederen zijn exclusief:
mensen moeten ervoor betalen. 
vb: een smartphone

Slide 7 - Tekstslide

pagina 52
0

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

sociale ongelijkheid zorgt voor spanningen tussen groepen

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

sociale ongelijkheid zorgt voor spanningen tussen bevolkingsgroepen

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

spanningen
macroniveau

Slide 11 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Tekst
grote verschillen in de
samenleving
verschillen op microniveau leiden tot spanningen op macroniveau



conflicten
botsingen
protesten
conflict:
een situatie waarin individuen, groepen en/of staten elkaar tegenwerken om de eigen doelen te bereiken

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

gebieden waar conflicten kunnen ontstaan
gender
generatie
klasse
etniciteit
sociaal-cultureel
sociale cohesie: Het aantal en de kwaliteiten van de bindingen die mensen in een ruimer sociaal kader met elkaar hebben, het gevoel een groep te zijn, lid te zijn van verantwoordelijkheid voor elkaars welzijn en de mate waarin anderen daar ook een beroep op kunnen doen
identiteit: Het beeld dat iemand heeft van zichzelf, dat hij uitdraagt en anderen voorhoudt en dat hij als kenmerkend en blijven beschouwd voor zijn eigen persoon en dat is afgeleid van zijn perceptie voer de groepen waar hij wel of juist geen deel van uit maakt

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • harmoniemodel (ook wel poldermodel)                         overleg
  • conflictmodel: stakingen en protesten
  • sociale cohesie: meestal eerst afname, na oplossing vaak meer en sterkere bindingen
  • op mesoniveau kunnen die sterkere bindingen ook leiden tot een versterkte groepsidentiteit wat polarisatie tot gevolg kan hebben. 
  Oplossingen sociale ongelijkheid op macroniveau

Slide 14 - Tekstslide

Klik op de kaart om hem te vergroten
  • bij langdurige conflicten kan er scheuring ontstaan: 
     realisten en gematigde actoren vs idealisten en radicalen
  • door conflicten kunnen veranderingen in de samenleving   ontstaan. Bijvoorbeeld Algemeen Kiesrecht voor iedereen in      1919.
  • machtsblokken kunnen veranderingen lang blokkeren
  Oplossingen sociale ongelijkheid op macroniveau
verandering
Het hoofdconcept verandering verwijst naar richting en tempo van ontwikkelingen in de samenleving en de (on)mogelijkheden deze te beïinvloeden

Slide 15 - Tekstslide

Klik op de kaart om hem te vergroten