je kunt in je eigen woorden uitleggen wat een klimaatfactor is.
Je kunt de 5 klimaatfactoren noemen.
Je kent de algemene regels bij de klimaatfactoren.
Je kunt in verschillende situaties/locaties bepalen welke klimaatfactor bepalend is.
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5
In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.
Onderdelen in deze les
Leerdoelen klimaatfactoren
je kunt in je eigen woorden uitleggen wat een klimaatfactor is.
Je kunt de 5 klimaatfactoren noemen.
Je kent de algemene regels bij de klimaatfactoren.
Je kunt in verschillende situaties/locaties bepalen welke klimaatfactor bepalend is.
Slide 1 - Tekstslide
Opdracht
Formuleer de antwoorden bij de leerdoelen.
maak op blz 100 opgave 1, 2 en 3
check in duo's door je schrift aan iemand anders te geven.
Slide 2 - Tekstslide
klimaatfactoren bepalen welk klimaat overheerst in een gebied
Slide 3 - Tekstslide
Er zijn 5 klimaatfactoren die klimaat het bepalen
De geografische breedteligging
Land-zeeverdeling
Hoogteligging
ligging van gebergten
Invloed van zeeën en oceanen
Slide 4 - Tekstslide
geografische breedteligging
Algemene regel: Hoe verder van de evenaar hoe kouder het is.
Dit komt doordat: 1. Zonnestralen warmteverliezen naarmate ze langer onderweg zijn. 2. De zonnestralen op hogere breedte een groter oppervlak moeten verwarmen.
Slide 5 - Tekstslide
Land-zeeverdeling
van invloed op neerslag en temperatuur
Algemene regel: Wind van zee brengt meer neerslag met zich mee dan wind over land.
Verder van zee zijn de temperatuurverschillen tussen zomer en winter groter dan bij zee.
Slide 6 - Tekstslide
Land-zeeverdeling
Algemene regel: Wind van zee brengt meer neerslag met zich mee dan wind over land.
Wintermoesson = droog Zomermoesson = nat
Slide 7 - Tekstslide
Hoogteligging
Algemene regel: Hoe hoger hoe kouder.
Per 1000 meter stijging daalt de temperatuur 6 graden.
(per 100 meter stijging -0,6 graden)
Slide 8 - Tekstslide
Ligging van gebergte
Algemene regel: Wind van zee neemt waterdamp mee, bij het gebergte stijgt de lucht, koelt af, waterdamp condenseert en dat geeft neerslag.
Slide 9 - Tekstslide
Zee-en windstromen
- Koud water naar de warme streken en warm water naar de koudere streken. - Golfstroom belangrijk voor Nederland --> brengt warm water uit de Golf van Mexico naar de westkust van Europa. - Zeestromen --> stroming van zeewater die ontstaat doordat de wind langdurig uit één richting waait.
Slide 10 - Tekstslide
Verdeling warmte
Grote verschillen tussen instraling.
Verdeling warmte door wind en zeestromen.
Slide 11 - Tekstslide
Waar is het kouder?
Breedteligging: Brazilië of Amerika?
Hoogteligging: Nepal of Thailand?
Land-zeeverdeling in winter: Nederland of Polen?
Slide 12 - Tekstslide
Klimaatverschillen binnen een land
De VS zijn een enorm groot land. Er zijn grote verschillen in breedteligging en hoogteligging.